Ammerlaan gebruikt de 5000 euro van de Dolf van den Brinkprijs die hij vorig jaar won als startkapitaal. Ammerlaan mikt op zo’n 15.000 lezers. Het blad moet „speels en attractief” worden. De uitgever zelf spreekt van „een literair tijdschrift dat onomstreden kwaliteit brengt, de beste pennen, maar dat door zijn lichtvoetige presentatie en aantrekkelijke formule ook een groot publiek kan aanspreken.”

Ammerlaan constateert dat de meeste literaire tijdschriften een zieltogend bestaan leiden. „Hollands Maandblad, De Revisor, De Gids – ze doen hun best, maar de kleine oplagen en minieme budgetten frustreren alle allure en ambitie.” Desondanks ziet hij mogelijkheden voor een nieuw literair blad. Volgens hem is er in „het haastige, drukke Nederland” behoefte aan reflectie, aan inhoud en kwaliteit. „Er zijn boekenbijlagen en literaire supplementen, maar waar vind je ruimte voor debat en polemiek? Welk tijdschrift publiceert twee, drie hoofdstukken uit nieuw werk?”

Over de naam van het tijdschrift, de verschijningsfrequentie, de samenstelling van de redactie is nog niets bekend.