„Oud beeld van op geld beluste Jood nog springlevend”
Het beeld dat Joden altijd uit zijn op geld dateert uit de middeleeuwen en bestaat nog steeds, stelt dr. David J. Wertheim.
De directeur van het Menasseh ben Israël Instituut in Amsterdam sprak donderdag tijdens een nascholingsdag voor leraren godsdienst en levensbeschouwing. De bijeenkomst was georganiseerd door de faculteit godgeleerdheid van de Vrije Universiteit Amsterdam en de Vereniging van Docenten Levensbeschouwing en Godsdienst (VDLG) in het middelbaar onderwijs. Thema was de omgang met geld in christendom, islam en jodendom.Niet alleen bij de nazi’s in de Tweede Wereldoorlog bestond het beeld dat Joden geldwolven waren. In de Arabische wereld is het nu niet anders, betoogt dr. Wertheim. Hij heeft een aantal cartoons van internet gehaald waarop Joden en geld het onderwerp zijn. De eerste toont een Jood die op een grote geldbuidel zit voor het beursgebouw. De volgende laat een persoon met een keppel zien die dreigend een geweer richt op de wereld. Erboven staat het woord ”Holocaust” in het Arabisch. De betekenis is voor dr. Wertheim duidelijk dat Joden ‘zeuren’ over de Holocaust om er geld aan te verdienen.
Excommunicatie
De wortels van de gedachte dat Joden meer interesse in geld hebben dan andere volken stamt uit de middeleeuwen, aldus de historicus. „De christelijke kerk had het lenen van geld met rente op straffe van excommunicatie verboden. Joden waren daardoor vrijwel de enigen die een geldhandel konden opzetten. Zij mochten geen rente vragen van hun volksgenoten, maar wel van niet-Joden. Omdat zij, getroffen door beroepsverboden, een heleboel beroepen niet mochten uitoefenen, was er dikwijls voor hen geen andere keus.”
Dubbele loyaliteit
De slechte positie van Joden leek met de komst van de Franse Revolutie te veranderen, omdat ze vanaf toen volwaardige burgers werden. Dat viel tegen, zegt dr. Wertheim. Vroeger waren Joden weliswaar achtergesteld, maar ze hadden wel de mogelijkheid om zich aan de Joodse regels te houden, bijvoorbeeld wat betreft het begraven van hun doden en het preken in de eigen taal. Door deel te nemen aan de maatschappij werden ze gedwongen om zich aan te passen en hun dubbele loyaliteit op te geven. „Door die aanpassing konden ze zichzelf niet meer zijn en ontstond er onechtheid.”
Dat werd opgemerkt door medeburgers, die Joden beschouwden als mensen die zich anders voordeden dan ze waren. Geld is ook een symbool van onechtheid. Zo kon het symbool van de op geld beluste Jood in stand blijven. „Dit krachtige stereotype heeft grote schade aangericht.”
Drs. Hasan Yar, docent aan Hogeschool INHolland, vindt het zorgelijk dat moslims in Nederland veelvuldig worden bekritiseerd. Toch is voor Yar de moslimcultuur meer gericht op zuinigheid en duurzaamheid dan de heersende cultuur. Hij stelt voor om geld beschikbaar te stellen voor het verbeteren van de beeldvorming van de moslims. Hiervoor zou de verplichte afdracht van rijke moslims gebruikt kunnen worden. Dat geld gaat nu meestal naar Turkije, Marokko en Somalië.