In het Academiegebouw spraken boeddhisten, christenen, hindoeïsten, humanisten, moslims en joden voor de vijfde keer respect tegenover elkaar uit. Vijf jaar geleden vond de eerste ontmoeting plaats; ook toen was de koningin erbij.Minister Hirsch Ballin zei in zijn lezing dat de scheiding tussen kerk en staat niet betekent dat er geen contacten tussen overheid en geloofsgemeenschappen kunnen zijn. Integendeel, „maar de overheid moet zich niet met de inhoud bemoeien en alle religieuze organisaties gelijk behandelen.” Tegelijkertijd moeten die organisaties „respect hebben voor elkaar en binnen de kaders van de rechtsstaat blijven.”

Het huidige model van „pluralistische coöperatie” –verschillende godsdiensten hebben allemaal dezelfde positie en de staat bemoeit zich niet inhoudelijk met hen– is het beste voor Nederland, stelde Hirsch Ballin. De minister gelooft niet in een alternatief met een staatskerk, zoals in Groot-Brittannië en in de Scandinavische landen. „Zo’n model is verdedigbaar in een land met een homogene samenleving. De Nederlandse samenleving is echter zeer pluriform.”

Ook het Franse model van totale scheiding tussen kerk en staat is geen goed alternatief voor Nederland, aldus Hirsch Ballin. In dat model wordt de belangrijke rol die onder meer kerken en moskeeën in het maatschappelijk middenveld spelen ondergewaardeerd.

Religie is ook belangrijk voor de lokale samenleving, zo benadrukte de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) gisteren in Utrecht bij monde van voorzitter burgemeester Jorritsma. Zij is blij met de herwaardering van religie. Vooral in de jaren negentig van de vorige eeuw was er veel „koudwatervrees” als het om religie en het lokaal bestuur ging. „Men dacht dat religie als gevolg van de secularisatie zou verdwijnen en in de lokale politiek praatte men er liever niet over. Er was een zeker onvermogen om goed om te gaan met religieuze organisaties.”

De situatie is nu flink veranderd, aldus Jorritsma. Religieuze groepen staan op de kaart. Er zijn in Nederland mooie voorbeelden te vinden van een goede samenwerking tussen overheid en kerk. Ook de VNG bezint zich op het thema door conferenties te organiseren. Jorritsma wees ook op notitie ”Tweeluik religie en publiek domein” waarin handreikingen staan hoe de lokale overheid met religieuze groeperingen kan omgaan.

De VNG-voorzitter riep de religieuze groeperingen op „na te denken over de vraag hoe zij niet-religieuzen kunnen binden.” Jorritsma denkt dat ze zo nog meer kunnen betekenen voor de samenleving in brede zin.

De bijeenkomst werd ook bijgewoond door ds. P. van der Kraan en drs. I. A. Kole, voorzitter en secretaris van het Contactorgaan Gereformeerde Gezindte (COGG).

De plechtigheid werd muzikaal opgeluisterd door muziek en zang vanuit de verschillende levensgroepen: joodse bruiloftsmuziek, gereciteerde Koranverzen en gezongen Hindoestaanse teksten. Christenen presenteerden zich door verzen uit Johannes 1 voor te dragen, onderbroken door harde popmuziek en beelden uit Haïti.