Kerk & religie

Sociologie op de agenda van de kerk

Het is niet verstandig om de agenda van de kerk al te zeer te laten bepalen door sociologische analyse. De socioloog kan alleen bepaalde trends in het heden doortrekken naar de toekomst. Veel moeilijker is het om nieuwe ontwikkelingen in het vizier te krijgen.

Kerkredactie
7 March 2003 11:53Gewijzigd op 14 November 2020 00:11

Dat zei dr. G. J. Buijs donderdag in Helvoirt tijdens een congres van gereformeerd vrijgemaakte studenten. Zo’n 250 studenten confereren vanaf gisteren tot en met zaterdag over het thema ”De Bijbel in het licht”. De conferentiepreses wees in de conferentiebundel op het ”Jasperse-debat” in de vrijgemaakte kerken. „Jasperse is een ijkpunt geworden voor een sluimerend proces van verlies aan zekerheid en afbrokkelend identiteitsbesef in de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt. Dit congres wil echter een post-Jasperse-conferentie zijn. We willen de noodkreet niet negeren, maar zoeken naar een uitweg door onze God in Jezus Christus te ontmoeten.”

Prof. dr. G. Dekker, emeritus hoogleraar godsdienstsociologie aan de Vrije Universiteit, schetste algemene lijnen rond de positie van de kerk in de moderne samenleving. Hij constateerde een duidelijke wending van het objectieve, van de leer, naar datgene wat de mens ervaart en gevoelt. „Niet wie God is, wat Zijn eigenschappen zijn, maar wat Hij doet en wat we van Hem ervaren, is belangrijker geworden. Mensen gaan ook steeds meer op zoek naar de gemeente die bij hen past. De mens stelt zelf zijn eigen levensbeschouwelijk pakket samen. Dat heet ”Geloven à la carte”.”

Dr. Buijs, filosoof aan de VU, riep de studenten op om zich los te maken van de vanzelfsprekendheid van het ongeloof in de moderne cultuur. „Daar gaat een suggestieve kracht van uit. Het lijkt erop dat het christelijk geloof als verdachte in een juridisch proces is terechtgekomen. We zien in onze provinciale polderblindheid niet meer dat de twintigste eeuw juist de eeuw is van de grootste groei, wereldwijd in absolute aantallen gerekend. Er is zelfs sprake van een groei die procentueel die van de eerste eeuwen benadert. We zijn zo sterk op bepaalde ontwikkelingen geprogrammeerd dat we niet opmerken dat de zogenaamde secularisatie een bijna exclusief West-Europees verschijnsel is.”

Een aanpassing in de stijl van Kuitert heeft volgens Buijs geen zin. Hij bezocht eens een debatavond rond een boek van Kuitert in Amsterdam, en trof daar alleen 50-plussers aan. „Zulke projecten zijn alleen interessant voor mensen met een orthodox verleden. Maar verder zijn het muilezels: nazaten krijgen ze niet. En dat speelt des te sterker naarmate de frustratie de grote drijfveer wordt. Want, zoals in orthodoxe kring vaak gezegd wordt: genade is geen erfgoed. Maar frustratie al helemaal niet.”

Volgens Buijs is er volop ruimte voor „de frisse herontdekking van de breedte en diepte van de christelijke traditie. Mensen geloven nu op grote schaal, in reïncarnatie, in wonderen, in engelen. De opstanding uit de doden kan daar nu ook wel bij.”

Buijs vond dat de sociologische analyse van Dekker aangevuld moet worden met een „existentieel-antropologische vraag”: Wat heeft mensen altijd ten diepste beziggehouden? „Terwijl Dekker het referentiepunt ziet in de tijd van de verzuiling, waarbij vergeleken onze tijd inderdaad een alarmerende situatie laat zien, wil ik de huidige situatie meer zien in de lijn van het ontstaan van het christelijk geloof. In die oorsprongperiode was het christelijk geloof helemaal geen zaak van de collectieve paplepel, maar een zaak van individuele keuze, soms ook met een risico. We doen er goed aan ons op de risico’s voor te bereiden.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer