Een willekeurige middag in de newsroom van het Reformatorisch Dagblad. Een tiental redacteuren zit ingespannen naar het beeldscherm te kijken. Even een testje. Hoeveel van hen zijn bezig met e-mail? Van de tien kijken er zes in hun elektronische postbus.„Mail is enorm belangrijk voor ons geworden”, zegt nieuwsmanager Steef de Bruijn. Per dag worden er bij de Erdee Media Groep 7500 mails verstuurd en ontvangen. De adjunct-hoofdredacteur, die ict-zaken in zijn pakket heeft, krijgt er zelf per dag een stuk of honderd. Eind jaren 80 verstuurde hij zijn eerste e-mail. „Toen ik in 1996 bij het Reformatorisch Dagblad solliciteerde, was ik de eerste die een e-mailadres in zijn sollicitatiebrief had staan.”

Vanaf het jaar 2000 groeit het gebruik van e-mail explosief. Anno 2009 komen er nog steeds dagelijks nieuwe e-mailgebruikers bij. De Bruijn: „Daar zijn veel oudere mensen bij. Jongeren e-mailen al niet zo veel meer. Zij communiceren onderling vooral via MSN, Hyves, Twitter en Ping. Ze mailen alleen nog maar met hun docent of met hun ouders.” De Bruijn gelooft niet dat e-mail snel zal verdwijnen. „Communicatievormen zoals MSN zijn heel informeel. E-mail heeft meer de formele status van een poststuk en zal als zodanig voorlopig wel blijven bestaan.”

Gaat de ouderwetse post via postbedrijven zoals TNT, Selekt Mail en Sandd, de elektronische post wordt verstuurd via internetproviders. Kliksafe uit Nunspeet is er zo een. Het bedrijf nam in 2003 de provider RD-Net over en had toen zo’n 4500 abonnementen met ongeveer 8000 e-mailadressen. Inmiddels zijn er ongeveer 25.000 mensen die een e-mailadres hebben dat eindigt op @kliksafe.nl.

Directeur Bert-Jan Peters heeft in de jaren dat Kliksafe bestaat, het belang van e-mail in de reformatorische gezindte zien toenemen. „In 2003 waren er nog veel mensen die één keer per week hun e-mail controleerden. Nu zijn mensen wanhopig als er een halve dag een e-mailstoring is.”

In het geval van een technische storing gaat er vanuit Nunspeet, waar het kantoor van Kliksafe zit, al snel een telefoontje naar Ede, waar het bedrijf RoutIT is gevestigd. Peters: „RoutIT verzorgt voor ons de technische afwerking van de e-mail.”

Ramon Plakke en Kimaru Mansour van RoutIT kunnen de e-mailservers waar alle elektronische post van Kliksafe binnenkomt en weer wordt verstuurd niet laten zien. „Die staan in Telecity in Amsterdam, een gigantisch datacentrum met honderden servers in een strengbeveiligde ruimte. Daar kom je niet zomaar binnen. Als er een bom ontploft, ligt half digitaal Nederland plat.”

In het kantoor van RoutIT staat een vergelijkbare opstelling als in Amsterdam, maar dan in het klein. Achter een grote glasplaat zijn rechtopstaande rekken te zien, met daarin allerlei apparaten. Kimaru: „Kijk, die smalle dingen zijn servers, blades. Er passen er acht naast elkaar in een chassis, een bladecenter. Vooral ’s avonds hebben de twee servers van Kliksafe het druk, omdat de meeste mensen ’s avonds hun e-mail bekijken en versturen.”

Technische storingen komen volgens Kimaru niet veel voor. Veel meer werk heeft de technische specialist aan zogenaamde spam. „Spam is e-mail waar je niet om gevraagd hebt. Virussen zoeken internet af naar e-mailadressen en versturen dan allerlei reclameboodschappen. Gelukkig zijn er intelligente computerprogramma’s die spam herkennen en blokkeren. We kunnen meer dan 99 procent van de spam tegenhouden.”

Dit is de derde aflevering in een serie over belangrijke ontwikkelingen sinds het jaar 2000.

refdag.nl/jarennul.