Europa wil graag meetellen
Europa wil graag meetellen op het wereldtoneel. Ook als het gaat om het slepende conflict tussen Israël en de Palestijnen. En dus gaat de Europese Unie naar verwachting volgende week een verklaring uitgeven waarin de Unie een eenzijdig uitgeroepen Palestijnse staat op voorhand erkent en oproept tot de verdeling van Jeruzalem.
Dat Europa zich in toenemende mate pro-Palestijns opstelt, hoeft nauwelijks betoog. Dat Europa, op Noorwegen na, de afgelopen decennia geen rol van betekenis in het vredesproces in het Midden-Oosten heeft gespeeld, is evenmin onderwerp van veel discussie.Desondanks meent Europa zijn partijtje in de internationale Midden-Oostenkakofonie te moeten meeblazen. In een ontwerpverklaring, waar de Israëlische krant Ha’aretz de hand op heeft weten te leggen, spreekt de EU haar diepe bezorgdheid uit over de impasse in het vredesproces. De onderhandelingen tussen Israël en de Palestijnen moeten direct worden heropend en die hernieuwde besprekingen moeten zo snel mogelijk leiden tot een „onafhankelijke, democratische en levensvatbare” Palestijnse staat op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook. En natuurlijk moet Oost-Jeruzalem de hoofdstad van deze toekomstige Palestijnse staat worden.
Europa vergeet gemakshalve een paar dingetjes. Om te beginnen de situatie in de Gazastrook. Daar heerst al geruime tijd een radicaalislamitisch regime dat zich officieel de vernietiging van de staat Israël ten doel heeft gesteld. De gedachte dat er een onafhankelijke, democratische staat in de Gazastrook kan worden gevestigd, onder leiding van Hamas, is dan ook tamelijk absurd.
Overigens heeft de Fatahpartij van de Palestijnse leider Mahmud Abbas er ook nog bitter weinig blijk van gegeven dat zij democratie hoog in het vaandel heeft staan. Waar zijn bijvoorbeeld de tientallen miljoenen euro’s en dollars gebleven die de internationale gemeenschap in de loop der jaren naar de Palestijnse gebieden heeft gesluisd? Om maar eens wat te noemen.
En dan natuurlijk de kwestie Jeruzalem. Europa denkt zich de bevoegdheid te kunnen aanmatigen om de Israëlische hoofdstad in een verklaring eventjes te verdelen. Alsof het aan de Europese Unie is om de grenzen van de hoofdstad van een soevereine staat te bepalen.
De EU denkt kennelijk van wel. Sterker nog, gaandeweg neemt de verklaring over het vredesproces in het Midden-Oosten in grootspraak toe. Zo zal de Unie geen veranderingen van de grenzen van 1967 accepteren. Hoe Europa die krasse uitspraak kracht denkt bij te zetten, vermeldt de verklaring niet.
Voor het overige grossiert de verklaring in een groot scala aan eisen aan de Israëlische regering. Alle Palestijnse instellingen in Oost-Jeruzalem moeten worden heropend, Palestijnse burgers mogen niet worden gediscrimineerd en Israël moet stoppen met „provocerende acties”, zoals het bouwen van nieuwe nederzettingen en het uitbreiden van bestaande.
De Palestijnen doen het blijkbaar allemaal prima, want van enige harde eis aan de Palestijnen is in de verklaring geen sprake. Laat staan van dreigementen dat de Europese Unie bepaald gedrag van de Palestijnen niet zal dulden.
Gelukkig heeft de Europese Unie internationaal gezien niet zo bar veel in de melk te brokkelen – en al helemaal niet in het Midden-Oosten. Dat besef is echter in Brussel nog niet al te zeer doorgedrongen.
Er is maar één natie die daadwerkelijk invloed op het vredesproces kan uitoefenen, en dat zijn de Verenigde Staten. Of de regering van president Obama in dat opzicht op het juiste spoor zit, valt te betwijfelen. Ook vanuit Washington hebben tot nu toe vooral eisen aan het adres van Israël geklonken.
Mr. Richard Donk
Reageren aan scribent?buza@refdag.nl.