Kerk & religie

„Religieus idee past zich aan maatschappij aan”

Als de structuur van een maatschappij verandert, past het religieuze denkbeeld van mensen zich daarop aan. Zo wordt het geloof in hemel en hel minder naar mate de samenleving meer industrialiseert.

Kerkredactie
27 November 2009 08:47Gewijzigd op 14 November 2020 09:15
NIJMEGEN - Sociologe Nienke Moor. ...moeite met strenge god... Foto RD
NIJMEGEN - Sociologe Nienke Moor. ...moeite met strenge god... Foto RD

Dat stelt sociologe Nienke Moor in haar proefschrift ”Explaining worldwide religious diversity” , waar ze woensdag aan de Radboud Universiteit in Nijmegen op promoveert.Moor onderzocht hoe mensen door de eeuwen heen zijn omgegaan met universele vragen over de oorsprong, zin en het einde van het leven. Haar conclusie: als de structuur van een maatschappij verandert, heeft dit invloed op het religieuze denken van mensen.

De structuur van een samenleving kan veranderen door aanpassingen in de technologie die mensen gebruiken om in hun bestaan te voorzien, bijvoorbeeld jagen en verzamelen, akkerbouw en industrie. Mensen in samen­levingen van verschillend technologisch niveau hebben daarom andere religieuze ideeën.

Zo heeft industrialisering, de overgang van akkerbouw naar industrie, het beeld van God als persoon doen afnemen. „In een samenleving met een duidelijke leider die veel macht naar zich toetrekt is het idee van een god die leidt en bestuurt heel plausibel. In (post)industriële samenlevingen, waarin de macht is verdeeld en mensen gewend zijn hun eigen keuzes te maken, gaat zo’n godsbeeld wankelen”, zegt Moor.

Het geloof in een persoonlijke god wordt in (post)industriële samenlevingen vervangen door het geloof in een meer abstracte god, zoals een hogere macht of kracht. Ook neemt het aantal agnosten en atheïsten in een dergelijke samenleving toe.

Naarmate een maatschappij meer industrialiseert, wordt het geloof in hemel en hel minder, volgens de promovenda. „Als mensen het beeld van een persoonlijke god loslaten, past daar ook geen hemel en hel meer bij.”

Met name het geloof in de hel neemt sterk af. Er zijn immers steeds minder mensen die onder erbarmelijke omstandigheden leven, stelt de onderzoekster. Bovendien hebben personen moeite met het idee van een strenge god, omdat zware straffen zoals de doodstraf niet vaak meer voorkomen in een geïndustrialiseerde maatschappij.

De promovenda bestudeerde tijdens haar onderzoek scheppingsverhalen en ideeën over het hiernamaals in voor- en postindustriële samenlevingen. In maatschappijen van jagers, verzamelaars, vissers en landbouwers verwijzen scheppingsverhalen vaak naar oerprocessen zoals geboorte, groei en dood. „Je ziet dat terug in het beeld van moeder aarde, die het leven voortbrengt.”

Opvallend vaak zijn mensen en hun schepper in de verhalen familie van elkaar, stelt Moor. „Het is een voorouder, geen anonieme persoon of kracht.”

In de veehouderij- en akkerbouwsamenlevingen verdwijnt dit beeld van een persoonlijke schepper of voorouder. „Mensen krijgen meer controle op hun natuurlijke omgeving en worden minder afhankelijk van hun familie.”

Abstracter

Met voorspellingen over religieuze denkbeelden in de toekomst is Moor voorzichtig. „Door toenemende individualisering zal het geloof in een persoonlijke god verder verdwijnen en worden vervangen door geloof in een abstracte god. Mensen zullen hun eigen religieuze ideeën ontwikkelen.”

Eén ding staat voor de promovenda vast. „De zoektocht naar oorsprong, zin en einde van het leven zal blijven bestaan. Dat blijven de grote onbekende factoren in het leven.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer