23 oktober: Het RIVM maakt bekend dat het aantal doden aan Mexicaanse griep is gestegen van vier naar zes. Het aantal mensen dat met de griep is opgenomen in het ziekenhuis is opgelopen tot 205. In Nederland heerst een lichte variant van de Mexicaanse griepepidemie.17 augustus: de Gezondheidsraad adviseert niet alle Nederlanders in te enten tegen de griep. Alleen risicogroepen krijgen een vaccinatie. Minister Ab Klink van Volksgezondheid neemt het advies over. Later zegt hij 10 miljoen vaccins nodig te hebben voor de grote vaccinatieronde die in november begint. Klink kijkt of hij een deel van de voorraad kan verkopen aan landen die geen vaccins hebben ingekocht.

4 augustus: voor het eerst komt in Nederland een patiënt met de Mexicaanse griep te overlijden. De 17–jarige jongen was al ernstig ziek voordat hij griep kreeg.

31 juli: het aantal griepgevallen overschrijdt de 500–grens. In augustus stopt het RIVM met tellen, omdat het bijhouden ondoenlijk is.

18 juni: Nederland koopt 34 miljoen griepvaccins. Met deze hoeveelheid kunnen alle Nederlanders tweemaal een prikje krijgen. Hoe duur de aankoop was, wil minister Klink niet zeggen.

12 juni: een 39–jarige man wordt opgenomen in het Universitair Medisch Centrum in Groningen. Dit is de eerste ziekenhuisopname van een patiënt die met het H1N1–virus is besmet. Ruim een maand ligt de man in quarantaine op de intensive care.

8 juni: de Mexicaanse griep blijkt in Nederland twee keer te zijn overgedragen van mens op mens. Dit zijn de eerste binnenlandse besmettingen; de meeste patiënten liepen het virus in het buitenland op.

30 april: het eerste geval van Mexicaanse griep in Nederland wordt gemeld. Een 3–jarig kind heeft de ziekte onder de leden. Waarschijnlijk liep het de ziekte op in Mexico. Vanaf deze dag neemt het aantal besmettingen wekelijks toe. Minister Klink maakt bekend dat Nederland bij de farmaceutische industrie een optie heeft genomen op 34 miljoen vaccins tegen Mexicaanse griep.