Kerk & religie

„Malawi zal blijven trekken”

„Het voelt alsof we op verlof zijn.” Het zendingsechtpaar Lieuwe en Wieke Schaafsma betrok vorige maand hun recreatiebungalow in de Nunspeetse bossen. Tien jaar werkten ze in Malawi. Ds. Schaafsma heeft zich beroepbaar gesteld in de Protestantse Kerk in Nederland.

Klaas van der Zwaag
22 October 2009 09:05Gewijzigd op 14 November 2020 08:57
Ds. Schaafsma en zijn vrouw pakken de draad weer op in Nederland na zeven jaar in Canada en tien jaar in Malawi te hebben gewerkt. - Foto RD, Anton Dommerholt
Ds. Schaafsma en zijn vrouw pakken de draad weer op in Nederland na zeven jaar in Canada en tien jaar in Malawi te hebben gewerkt. - Foto RD, Anton Dommerholt

„We waren nog graag in Malawi gebleven en de Gereformeerde Zendingsbond gaf daar ook toestemming voor. Vanwege de studie van onze dochter en de aanwezigheid van onze kinderen en kleinkinderen zijn we terug in Nederland. Maar het is nog steeds een beetje onwerkelijk.”Ds. Schaafsma werd in 2001 in Malawi bevestigd tot parttime­predikant in de CCAP-gemeente (zie kader) St. Michael and All Angels in Blantyre, een gemeente van 5000 leden. „De CCAP is een echt Afrikaanse kerk, waar ik me geheel thuisvoelde. De stad Blantyre kent wel twintig CCAP-gemeenten. In de gemeente die ik diende, zijn er vijf diensten per zondag, de vroegste begint om kwart voor zes ’s morgens. De diensten worden bezocht door allerlei soorten mensen, van armen tot ministers. Bijzonder is dat je op die manier contact kunt leggen met overheidspersonen, die zich op hun beurt konden inzetten voor het welzijn van het land.”

De gemeente die ds. Schaafsma diende, is een soort moederkerk van de CCAP, de oudste kerk van Malawi. De CCAP kent geen beroepings- maar een plaatsings­systeem. Dat wil zeggen: predikanten worden door de synode overgeplaatst naar een andere gemeente. Net voor het afscheid van ds. Schaafsma zag het er even dreigend uit voor de gemeente. De predikant had al te kennen ge­geven naar Nederland terug te zullen keren. De synode besloot echter plotseling om de Malawische predikant van St. Michael’s over te plaatsen. Twee predikanten tegelijk uit zo’n grote gemeente weg te halen was te veel, naar het oordeel van de kerkenraad. Na een lange zaterdagochtend vergaderen met de kerkenraad werd er een brief opgesteld aan de synode en kon het onheil voorlopig worden afgewend.

Naast de zondagse diensten hebben er iedere woensdagavond verspreid door de stad huisgodsdienstoefeningen plaats. „In principe worden deze diensten in elke straat gehouden. Als dat niet mogelijk is, zijn er samenkomsten van mensen uit meerdere straten. Het zijn gewone diensten, met Bijbel­lezing, zingen, gebed en een preek.”

Seminaries

Het directeurschap van TEEM vormde de hoofdmoot van ds. Schaafsma’s werkzaamheden in Malawi. „TEEM is te vergelijken met een hbo-opleiding theologie waar studenten een diploma krijgen om verder te gaan voor een bachelorgraad op een universiteit. Wij waren geaccrediteerd bij de universiteit van Malawi. Je moet bedenken dat de meeste studenten die bij TEEM theologie studeren daarnaast een baan hebben. Ze hebben een diploma van TEEM nodig om een vervolgopleiding te kunnen volgen of bijvoorbeeld godsdienstles te kunnen geven op middelbare scholen.”

TEEM is ook bezig met een certificaatcursus voor kerkleiders, die toegankelijk is voor iedereen. Deze cursus komt beschikbaar in drie talen: Chichewa, Tumbuka en Engels.

Ds. Schaafsma was niet alleen actief als directeur, maar gaf eveneens op vijf plaatsen in Malawi cursussen Oude Testament tijdens TEEM-seminars. Ook begeleidde de predikant de drie TEEM-coördinatoren. „Malawi is ongeveer 1000 kilometer lang. Ik legde 40.000 kilometer per jaar af. Wij gaven vier tot vijf seminars van één week per regio, en dat vier keer per jaar. Een legertje theologen uit Malawi hielp mij bij die klus. Er moesten iedere keer twaalf verschillende vakken gedoceerd worden. Wij hadden 1200 studenten uit 25 verschillende denominaties, onder wie zelfs enkele moslims. Daarnaast gaf ik ook vijf jaar lang Bijbels Hebreeuws op het Zomba Theological College.”

Het was vrij zwaar om regelmatig van huis te zijn, geeft de predikant toe. Ondertussen was zijn echtgenote actief in de opvang van gehandicapten. De predikantsvrouw: „Gehandicapten zijn de uitgestotenen in de Malawische samenleving. Op straat zie je regelmatig mensen zich kruipend voortbewegen. Er wordt door de familie niet naar hen omgekeken. Dankzij bijdragen uit Nederland en Canada konden we sparen voor de aankoop van grond om een tehuis voor gehandicapten te bouwen. De stichting Burgland Charitas uit Stolwijk heeft de kosten van de bouw op zich genomen. Het tehuis is bijna klaar. De GZB is bereid gevonden om de lopende kosten voor zijn rekening te nemen.”

De predikantsvrouw, die in het verleden bijdragen schreef voor de rubriek Buitenpost in deze krant, laat foto’s zien van de bouw van het onderkomen. Malawi trekt nog steeds als ze aan het werk onder gehandicapten denkt. „Twee meisjes uit Nederland doen nu vrijwilligerswerk onder de groep gehandicapten. Het bestuur van de stichting Tidzalerana werkt hard om de mensen voor het komende regenseizoen onderdak in te bieden. Onze zoon Willem is momenteel ook in Malawi om werk en onderzoek in verschillende gevangenissen te doen.”

Thuis

Het echtpaar Schaafsma voelde zich snel thuis in het Afrikaanse land. Ds. Schaafsma: „Het scheelde dat we voor die tijd al in Canada geweest waren. We hebben het als Gods leiding gezien dat we in Malawi dit werk mochten beginnen. De Heere heeft ons willen bewaren, terwijl anderen soms vreselijke dingen moesten mee­maken.”

Het gezin Schaafsma kon goed met zijn huispersoneel overweg. Twee bewakers zorgden ’s nachts voor de beveiliging van het huis. „Maar we hebben ons nooit onveilig gevoeld, hoewel er in de buurt wel eens wat gebeurde. We hadden een open relatie met ons personeel, dat we goed konden vertrouwen. Het was daarbij een voordeel dat we hun taal spraken, het Chichewa. Daardoor bouw je een goede verhouding op.”

Armoede

Armoede is een van de grootste problemen in Malawi. „De omstandigheden waaronder sommige mensen wonen, zijn onmenselijk. In die onderkomens zou je zelfs geen varkens willen stoppen. Je ziet zo veel ellende in de steden en op het platteland dat je niet weet waar je moet beginnen. De kloof tussen de haves en de havenots is nog steeds heel groot.”

De honger naar het Evangelie in Malawi is echter groot, zegt het voormalige zendingsechtpaar. Ds. Schaafsma: „Malawi heeft de verlichting niet doorgemaakt. De Bijbel vormt een integraal onderdeel van het leven van de mensen. Mensen proberen niet zelf uit de problemen te komen, maar worden uitgedreven tot God. Ze ervaren dat de Heilige Geest hen helpt en dat Hij weet van hun toestand. Soms hebben ze geen geld voor onderwijs, eten of kleding, waarop ze dit in gebed aan de Heere voorleggen. Zij voelen zich veel meer afhankelijk dan westerlingen. Zo proberen ze het hoofd boven water te houden.”

De predikantsvrouw: „Opvallend is de veerkracht van de mensen. Ondanks de vele tegenslagen heffen ze het hoofd omhoog en zijn ze bereid om offers te brengen, zoals de zorg voor kinderen van overleden familieleden. We hebben mensen ontmoet die hard werken om voor hun neven en nichten voortgezet onderwijs en zelfs universitaire opleidingen te betalen.”

Verrijkt

Het echtpaar Schaafsma zegt het tienjarig verblijf in Malawi als verrijkend te hebben ervaren. Ds. Schaafsma: „Je ziet dat de Heilige Geest in alle culturen werkt en grenzen overschrijdt. We kwamen in Blantyre Duitse piëtisten, Ierse presbyterianen en voorgangers van andere denominaties tegen. Met het team van de buurtbeveiliging hadden we elk kwartaal een vergadering op het politiebureau. Daar was ook altijd een aantal moslims bij aanwezig. Er kan in Malawi geen vergadering worden gehouden of ze moet beginnen met gebed. De commandant vroeg altijd: Wie doet er een gebed? Dan wees de moslimvoorzitter mij aan. Laat de predikant maar bidden. Dat is in Nederland ondenkbaar.”

U zei enkele jaren geleden dat in Nederland zending nog te weinig leeft. Predikanten zijn volgens u druk met hun eigen beslommeringen en er is weinig animo om een gemeenteavond over zending te beleggen.

„Dat is gelukkig ten goede veranderd. Op onze presentatieavonden waren de afgelopen tijd veel mensen. Een stap in de goede richting vormde het stichten van deelgenootgemeenten, die betrokken zijn bij het werk van de zendeling. Zo hadden wij tien gemeenten om ons heen staan. Een probleem is dat er nog te weinig nagedacht is over het bereiken van buitenkerkelijken in Nederland zelf. Want wezenlijk is er geen verschil tussen eigen land en buitenland. Ook Nederland is zendingsland geworden.”

Intussen wacht ds. Schaafsma op een beroep in de Protestantse Kerk in Nederland. Hij preekt elke zondag. „We wachten af welke weg de Heere ons wijst. Het is een beetje onwerkelijk om weer definitief in Nederland te zijn. Maar na tien jaar Malawi dachten we dat de tijd gekomen was om terug te keren, ook omdat onze jongste dochter haar middelbareschoolopleidinghad voltooid en in Nederland een nieuwe start zou maken. We waren graag gebleven, maar toen onze jongste dochter zou gaan studeren, namen wij het besluit om terug te gaan. We hebben nu ook de gelegenheid om onze kinderen en negen kleinkinderen vaker te zien. Maar Malawi zal blijven trekken.”


Via Canada en Malawi terug naar Nederland

Lieuwe Schaafsma (1951) groeit op in het Friese Wouterswoude. Na een studie theologie in Groningen is hij achtereenvolgens hervormd predikant in Zuilichem en Nieuwwaal (1981) en Doornspijk (1985). In 1993 volgt de oversteek naar het Canadese Springford, waar hij predikant wordt binnen de Reformed Church in America (RCA).

„Over cultuurshock gesproken. Dat was niet pas in Malawi het geval”, zegt ds. Schaafsma, „maar al enigszins in Canada. Goed, het is een modern, westers land, maar ik kwam daar in aanraking met de bredere kerk. Ik ontmoette presbyterianen, anglicanen en baptisten en heb bijvoorbeeld als voorzitter van de classis Ontario Spaanstalige predikanten uit Zuid-Amerika in Toronto bevestigd. Mensen in Canada zijn over het algemeen vrijer dan in Nederland, er wordt minder op uiterlijkheden gelet.”

Van Canada gaat de weg naar Malawi. Ds. Schaafsma wordt met zijn vrouw in 1999 uitgezonden door de Gereformeerde Zendingsbond (GZB) en Stichting Stéphanos. Hij krijgt als opdracht de geestelijke zorg in het weeshuis van Stéphanos en de toerusting van lokale evangelisten van de Reformed Presbyterian Church (RPC) in Malawi, een kerk met wortels in de Schotse Free Presbyterian Church. Verder is het zijn taak om deze kerk terug te brengen in de schoot van de Church of Central Africa Presbyterian (CCAP), waarvan de RPC zich in het verleden heeft losgemaakt. Ds. R. J. Oomen neemt deze taak van hem over, nadat ds. Schaafsma benoemd wordt als directeur van Theological Education by Extension in Malawi (Theologische Opleiding op Afstand) (TEEM).

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer