Kritiek op PKN over handreiking Israëlzondag
’s-GRAVELAND – De krachten in de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) die niet gecharmeerd zijn van de „onopgeefbare verbondenheid” van de Protestantse Kerk met het volk Israël zijn aan de winnende hand.
Dat schrijft de werkgroep Vanuit Jeruzalem in reactie op de handreiking van het moderamen voor gemeenten voor de komende Israëlzondag, op 4 oktober, aan het synodebestuur van de PKN. De werkgroep wordt gevormd door een aantal mensen die het beleid van de Protestantse Kerk met betrekking tot Israël nauwlettend zeggen te volgen.„Omdat er in die kerk krachten aan het werk zijn die van de verbondenheid met Israël niet zijn gecharmeerd, bevindt de PKN zich altijd in het lastige parket van de dreigende polarisatie. De tweespalt bleek al vele malen, bijvoorbeeld ook in de zogenoemde IP-nota, over het Israelisch-Palestijns conflict (2008)”, aldus de brief. „Uit de handreiking wordt duidelijk dat de tegenkrachten aan de winnende hand zijn.”
Volgens Vanuit Jeruzalem is het in de handreiking voor de Israëlzondag „vaagheid troef.” Zo wordt er in de handreiking niet gesproken over de uniciteit van de band met Israël, schrijft de werkgroep. „Vager kan het niet en vaagheid moet ook – als je kolen en geiten wilt sparen.”
Ook de pagina voor de kinderen is volgens de werkgroep onder de maat. Zo vallen de briefschrijvers erover dat daar niet wordt gesproken over Israël, maar over het Jodendom. „Jodendom is bepaald niet hetzelfde als Israël.”
Ten slotte ergert Vanuit Jeruzalem zich aan het voorgestelde collectedoel in de handreiking. De opbrengst van de collecte wordt volgens de werkgroep gebruikt voor eigen materiaal van de PKN „dat juist de uniciteit van de band aan Israël ontkent.”