Economie

„Deflatie voorlopig niet in zicht”

De neergang van de economie leidt langzaam maar zeker tot lagere prijzen voor een reeks aan consumentengoederen. Prettig voor de portemonnee, maar als het te lang duurt kunnen steeds goedkopere producten de economie verder naar beneden trekken.

ANP
4 August 2009 09:32Gewijzigd op 14 November 2020 08:24

Volgens economen is de kans daarop echter niet levensgroot aanwezig.In de landen van het eurogebied liggen de prijzen op dit moment lager dan een jaar geleden. In juni daalden ze met gemiddeld 0,1 procent, in juli ging het prijspeil met 0,6 procent omlaag ten opzichte van het jaar daarvoor.

In Nederland lag de inflatie in juni met 1,4 procent nog aanzienlijk hoger, maar dat verschil is afgelopen maand door de bijstelling van de tarieven voor elektriciteit en gas waarschijnlijk grotendeels verdwenen.

Daardoor komt de nulgrens donderdag, als het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) het inflatiecijfer van juli bekendmaakt, naar verwachting in zicht.

„Wij gaan uit van een inflatie van 0,5 procent in juli”, stelt ING-econoom Marten van Garderen. Een lange periode van prijsdalingen, ook wel aangeduid als deflatie, komt er echter niet, stelt hij.

Collega-econoom Rikkert Scholten van Robeco ziet ook weinig in de doemscenario’s over dalende prijzen. „De inflatie in de eurozone heeft in juli waarschijnlijk al het dieptepunt bereikt. Het positieve effect van de olieprijs is op korte termijn wel uitgewerkt.”

Het dalende prijsniveau in Europa wordt voor een groot deel veroorzaakt door de scherpe daling van de olieprijs. Daardoor is benzine goedkoper dan een jaar geleden en valt de energierekening lager uit. De prijs van een vat ruwe olie piekte vorig jaar juli nog op bijna 150 dollar (105 euro), maar zakte daarna binnen een halfjaar weg tot maar liefst 40 dollar.

Momenteel ligt de prijs met ruim 60 dollar echter alweer op hetzelfde niveau als in oktober vorig jaar.

Langdurig dalende prijzen zijn slecht voor de economie omdat consumenten hun bestedingen uitstellen, in de veronderstelling dat morgen alles goedkoper is. Bedrijven verkopen daardoor minder, maken minder winst en zien zich gedwongen meer mensen te ontslaan.

Daarnaast worden schulden relatief duurder, omdat het geld dat aan rente en aflossing moet worden betaald steeds meer waard wordt.

Voorlopig zijn de dalende prijzen echter vooral een welkome verlichting voor de portemonnee van de met de recessie worstelende consument.

„De lage inflatie is goed voor het besteedbaar inkomen”, beaamt Scholten. „Het wordt pas erg als je in de spiraal van uitstelgedrag komt, maar daar is nog geen sprake van.”

Beide economen gaan er niet van uit dat de prijzen lange tijd gaan dalen. Ze zien de prijzen op korte termijn echter ook niet sterk stijgen. „Tot het einde van dit jaar ligt de inflatie lager dan 1 procent, en volgend jaar is de inflatie ook heel laag”, stelt Van Garderen.

„Een enorme stijging van de inflatie ligt op korte termijn niet voor de hand”, denkt ook Scholten.

De econoom plaatst echter een kanttekeningen bij de honderden miljarden euro’s die de afgelopen maanden wereldwijd in de kwakkelende economie zijn gepompt. „Daardoor neemt de kans op hogere inflatie op de middellange termijn wel toe”, aldus de Robeco-econoom.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer