Voorwendselen
„Indien Ik niet gekomen was en tot hen gesproken had, zij hadden geen zonden.”Johannes 15:22.
Had u Zijn Woord niet behoren te onderzoeken? Was het niet uw plicht geweest Hem hierin te erkennen voor hen, die waarlijk al hun heil in Jezus zoeken en aan Zijn leer en Zijn bevelen zich onderwerpen? Dat hebt u niet gedaan. U hebt uw ogen voor het licht van de waarheid toegesloten en beiden, Hem en Zijn Vader, gehaat.Misschien wilt u tot een voorwendsel voor uw zonden inbrengen: Ik meende dat de verlossing door Christus voor mij onbereikbaar was. Zo zag u het, maar waarom deed u dat? Het Evangelie dat u gepredikt werd, was dat niet een Evangelie voor alle mensen, een Evangelie dat niemand uitsloot, een Evangelie voor doodschuldige mensen en een onnaspeurlijke rijkdom in Christus? Hij zocht u te bewegen om u Zijn raad te laten welgevallen.
Alle voorwendselen voor uw zonden zijn u ontnomen. Het ontbrak u niet aan een geopende weg tot God en uw zaligheid. U wilde echter deze weg niet inslaan. U heeft aan de dringende voorstelling van de Heere geen gehoor gegeven. U zou nog kunnen zeggen: De weg tot ware Godsvrucht werd mij wel gepredikt, maar ik was onmachtig om die in te slaan. God kan, wat u niet kunt. Hij wil de Heilige Geest schenken aan allen die in de weg van de middelen Hem hierom bidden!
Ewalt Kist,predikant te Dordrecht
(”Leerreden”, 1840)