Kerk & religie

Halfuur stilte „op de hemelklok”

„Op de hemelklok is het een halfuur stil. Maar de klok gaat wel door. Het halfuur stilte is genadetijd. Zondaren kunnen nog tot God bekeerd worden.” Dat zei ds. N. P. J. Kleiberg, hersteld hervormd predikant te Achterberg, op de zendings- en ontmoetingsdag van zijn kerkverband die zaterdag in Harskamp werd gehouden.

Van een medewerker
6 July 2009 11:24Gewijzigd op 14 November 2020 08:16
HARSKAMP – In Harskamp werd zaterdag de jaarlijkse zendings- en ontmoetingsdag van de Hersteld Hervormde Kerk gehouden. Foto RD
HARSKAMP – In Harskamp werd zaterdag de jaarlijkse zendings- en ontmoetingsdag van de Hersteld Hervormde Kerk gehouden. Foto RD

„Op de vraag hoe laat het is kan iedereen op de seconde nauwkeurig antwoord geven. Johannes laat ons in Openbaring 8:1 kijken op de hemelklok: „En toen Het het zevende zegel geopend had, werd er een stilzwijgen in den hemel, omtrent van een half uur.” Als de hemelklok twaalf slaat is het geen seconde te vroeg of te laat. Johannes ziet dat het op de hemelklok een halfuur stil is. Het is een stilte ter voorbereiding op het klinken van de bazuinen. Als de klok twaalf slaat zullen Gods vijanden worden gewroken. Johannes mag in een blij vooruitzicht het einde zien. Hoe dichter naar de eindtijd, hoe duidelijker de tekenen”, aldus ds. Kleiberg.In zijn toespraak wees de predikant uit Achterberg op de roepstem die nog uitgaat. „Er wordt aan de aarde geschud. De kerk moet steeds waakzaam zijn. De Heere roept de kerk toe op de tekenen der tijden te letten. Dat moet gepreekt worden, ook op de zendingsvelden. De blinde heiden moet in het halfuur stilte in de hemel het Woord gepredikt worden. Na klokslag twaalf is de tijd voorbij”, zei ds. Kleiberg.

Schone lucht
In zijn openingswoord voor de zendings- en ontmoetingsdag wees ds. Tj. de Jong, emeritus predikant te Staphorst, op de wereld die met schone lucht bezig is, maar zich intussen niet bekommert om de vergiftigde geest. „De schepen die om de Kaap heenvoeren, bleven bij windstilte lang op de oceaan liggen. Voedsel en water bedierf en de ongerechtigheid nam de overhand. Dat gebeurt ook als de wind van de Geest niet in de raderen is”, zei ds. De Jong.

Hij sprak over de gekruisigde Christus naar aanleiding van Psalm 22. „Hij is de Christus van de gehele wereld. Ook van de zendingsvelden. Ook daar moet voor Hem plaats worden gemaakt”, aldus ds. De Jong.

„Van nature zijn wij geen zendingsvrienden”, begon ds. W. Roos, emeritus predikant te Doornspijk, zijn toespraak. „Maar als de heidenen het Woord van God hoorden, zo verblijdden zij zich, lezen we in Handelingen 13:48. Dat klinkt mooi op het zendingsveld. Je hoort dat men daar wacht op het Woord.”

Ds. Roos zei daar zo zijn gedachten bij te hebben. „Er kwamen er zovelen tot geloof als er geordineerd waren tot het eeuwige leven.” De predikant vroeg zich af of het tot geloof komen op deze wijze gaat. „Waarom toch altijd maar weer die uitverkiezing? Dat is tot onze troost. We moeten bij het kruis worden gebracht. Ook de heidenen moeten bij het kruis worden gebracht. Als de uitverkiezing voor u een moeilijk woord is, staat u nog in het werkverbond. De uitverkiezing staat u dan in de weg.”

Malawi
Ds. A. Vlietstra uit Katwijk stond in de middagbijeenkomst stil bij Filippus, de evangelist in de kuststreek, naar aanleiding van Handelingen 8:40: „Maar Filippus werd gevonden te Azote; en het land doorgaande, verkondigde hij het Evangelie in alle steden, totdat hij te Cesaréa kwam.” Ds Vlietstra bepaalde de luisteraars bij de weg die Filippus aflegde (Jeruzalem, Samaria, de Woestijn, Azote (Asdod) en Cesaréa), bij het Woord dat hij preekte en bij de plaats die hij innam.

Ds. R. J. Oomen vertelde vervolgens over zijn werk in Malawi. Hij begon er zes jaar geleden. Sinds twee jaar werkt ds. Oomen er ook voor de HHK. Zijn taak is het opleiden van studenten en het onderwijs geven in de geloofsleer.

De zendingsdag werd besloten door ds. A. de Hartog, predikant te Kesteren. Hij sprak naar aanleiding van Jesaja 49:14-16: „Doch Sion zegt: De Heere heeft mij verlaten, en de Heere heeft mij vergeten. Kan ook een vrouw haar zuigeling vergeten, dat zij zich niet ontferme over den zoon haars buiks? Ofschoon dezen vergaten, zo zal Ik toch u niet vergeten. Zie, Ik heb u in de beide handpalmen gegraveerd; uw muren zijn steeds voor Mij.”

Ds. De Hartog zei dat er in de tekst niet alleen sprake is van verlaten, maar ook nog van vergeten. Maar, zo zei hij, „de Heere wil daar niet van weten. Het in de handpalmen gegraveerd zijn raakt nooit uitgesleten.”


Aanvulling 8 juli 2009
Na de overdracht van het zendingswerk van Stephanos aan de Hersteld Hervormde Kerk (HHK) werkt ds. R. J. Oomen alleen voor de HHK in de Reformed Presbyterian Church (RPC) of Malawi en niet ook voor een andere instantie, zoals het artikel suggereert.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer