GezinsGids / Hervormde Kerkbode
„Het zijn verwarrende tijden”, schrijft J. F. A. Demoed in een column in de GezinsGids.
„Probeer maar eens in de huid van een christenjongere te kruipen die biologie studeert en wil vasthouden aan de Bijbel. Hoe aanlokkelijk klinkt het dan als anderen schroomloos getuigen dat zij het evolutiegeloof prima kunnen combineren met hun christen-zijn? Dekker zei zelfs dat zijn geloof in het opstandingswonder er niet door is aangetast.Maar… dat kan toch niet?! Evolutionisme claimt dat er miljoenen jaren van dood en verderf voorafgingen aan de wereld zoals die nu is. Als dat gebeurde ten tijde van de scheppingsdagen, wat men stelt, ondermijnt dat Christus’ verlossingswerk. Dan zou de dood er al geweest moeten zijn vóórdat Adam zondigde. Dat strookt niet met Romeinen 5 en 1 Korinthe 15 vers 21, waar de zonde van de eerste Adam wordt verbonden met het verlossingswerk van de tweede Adam.
Dekker zegt te geloven in een lokale zondvloed (in onze gezindte zijn er meer die dat doen!). Hij zal er best zijn ”wetenschappelijke bewijzen” voor hebben, maar wegen die zwaarder dan de Bijbeltekst? Want wat als de zondvloed niet wereldomvattend was, waarom zaten er dan vogels aan boord? Die konden toch naar een droge plek vliegen? Sterker nog: waarom zaten er überhaupt dieren aan boord als die gewoon konden overleven buiten het overstroomde gebied? En waarom gaf God de regenboog? Hij zou Zijn belofte om nooit meer met een vloed te straffen talloze malen hebben gebroken als deze plaatselijk was…
De verleiding voor jongeren om overstag te gaan, is groot. Geloven als Dekker garandeert een rustigere studie. Je hoeft je immers niet meer te schamen voor je christen-zijn. Wie is er tegenwoordig niet ”spiritueel geïnteresseerd”? En evolutie hoort bij het ”intelligent design” dat God aan deze aarde heeft gegeven. Je wordt heus niet met een korrel zout genomen als je daarin gelooft.
Maar… die korrel zout, draait het daar juist niet om? Ons wordt toch opgedragen een zoutend zout te zijn? Zout prikkelt. Gooi het maar eens in een wond. Dat strijdt tegen het vlees, maar het bijt wel schoon!”
Hervormde Kerkbode
In de Hervormde Kerkbode, weekblad voor de hervormde gemeenten op de Veluwe, spreekt de hersteld hervormde predikant ds. R. van Kooten over het werk in de pastorietuin.
„Onze tuin is zo mooi door mijn neef Hans Kok uit Ridderkerk aangelegd. Eerlijk waar, daar ben ik diep van onder de indruk. Ik, die mijn leven lang geen groene vingers gehad heb.
De enige tuinervaring dateert van diverse jaren daarvoor. Ik kreeg van „d’n ôlden koster Van Diek uût Gellemuûn” (ik denk nu) een vierkante meter grond van de achtertuin van de pastorie aan Langstraat 6. Voor mijn gevoel was het als jongen van zeven zo groot als een voetbalveld, maar grijs geworden heb ik iets meer gevoel voor proporties. Wat mocht ik met die grond? O, ik had een zakje spinaziezaad gekocht. En weet u, dat was zo’n heerlijk gevoel. Ja, voor mijn gevoel ging ik het hele gezin van voedsel voorzien.
Ik ging iedere dag kijken hoever of het was. Boven de grond was niet veel te zien, daarom schoffelde ik het maar om in de hoop de onderkant te zien. Er is niets van terechtgekomen. Ik denk er als predikant dagelijks aan: „Niet onder de grond gaan kijken, niet gaan woelen, want dan maak je het zelf dood.”
Ik heb geen enkele kerkvoogd die op kerkelijke wijze de tuin in bescherming neemt. Het is geheel onze verantwoordelijkheid. Mijn neef heeft aangegeven dat we moeten schoffelen. Wel, dat doe ik maar. Ja, ik doe het direct, want nu is nog zichtbaar wat door mijn neef geplant werd en wat voortkomt uit de ”vuile grond”.
Leerzaam! Ja, omdat ik weet en zie wat geplant is, weet ik dat de rest onkruid is. En anders? Wellicht dat ik het onkruid liet staan en de rest onder schoffelde. Ja, zo zijn er wat dominees en ouderlingen in de gemeente bezig! O, als ik van mijn eigen voorstellingen uit zou gaan, zou ik het onkruid laten floreren en het echte uitrukken.
Ja, zo komen allerlei Bijbelgedeelten boven, terwijl ik er een uur over doe om vier plantenbakken en de randen langs het gras te schoffelen.”