Kerk & religie

De tong

„Maar Ik zeg u, dat van elk ijdel woord, hetwelk de mensen zullen gesproken hebben…”Mattheüs 12:36

4 May 2009 07:59Gewijzigd op 14 November 2020 07:50

„Waak op, mijn eer, waak op gij luit en harp…” Met deze woorden wekte zich David in Psalm 57:9 op tot Gods lof. Deze man naar Gods hart placht zijn Schepper en Behouder dagelijks te loven met geestelijke psalmen en liederen. Zijn aandacht, zijn lofzingende mond waren naast de harp de werktuigen waarmee hij God vereerde in Psalm 57.Niet onbillijk wordt de tong van een mens, wanneer hij goed gebruikt wordt, genoemd een middel om Gods eer. Maar terwijl wij weten dat wij uit onszelf ten goede onbekwaam zijn, zo vragen wij Hem of Hij de woorden in onze mond wil leggen. „Schep mij een rein hart, o God”, bidt David in Psalm 51. Zeker, waar de wel rein is, vloeit er rein water uit.

Daarom heeft een christen wel reden om dagelijks te bidden om reine gedachten: Mijn God, Gij kenner van mijn hart, behoed mij voor zondige bedenkingen. Geef mij reine ogen, o, alziend God. Keer ze af van de ijdelheid van de wereld. O, alleen wijze Schepper, u hebt de mens twee oren gegeven, maar slechts één mond. Dit, om wel snel te zijn in het horen, maar traag in het spreken.

Coenraad Mel,predikant te Herszfeld

(”Bazuinen der eeuwigheid”, 1731)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer