Een Messiaanse rest in Zhitomir
Een stad met ruim 300.000 inwoners. Maar, slechts 1 procent is werkelijk gelovig. Dat is de inschatting van de in Zhitomir wonende Messiasbelijdende Jood ds. Arkadi Margolis. Ondanks het kleine aantal gelovigen zijn de kerken de laatste tien jaar snel gegroeid. „Maar helaas zijn de charismatischen in onze stad koploper.”
Ds. Arkadi spreekt zaterdag tijdens de jaarlijkse Israëldag van het deputaatschap voor Israël van de Gereformeerde Gemeenten. De predikant kwam in contact met het deputaatschap in de gemeente van ds. Baruch Maoz te Jeruzalem. Het contact resulteerde in steun voor zijn gemeente te Zhitomir, onder meer voor het project ”soepkeukens” en voor de uitgave van gereformeerde literatuur en het verzorgen van cursussen in de gereformeerde leer. Zijn gemeente is amper drie jaar oud en bestaat voor 70 procent uit Joden. Binnenkort hoopt de gemeente met steun uit Nederland een nieuw kerkgebouw te openen.
Ds. Arkadi vertelt hoe hij vijf jaar geleden begon met een soepkeuken om armen en minderbedeelden een gratis maaltijd aan te bieden. Het was een tijd waarin de economische crisis voelbaar was. „Niet alleen degenen die ver onder het minimum leefden kwamen op onze keuken af, maar ook hoger opgeleiden die vanwege het ontbreken van een pensioen geen maaltijd konden betalen. Ik ben bij mensen thuis geweest die zelfs niet genoeg kleren hadden om hun huis te kunnen verlaten.”
Hoewel de nood groot was, werd het werk van ds. Arkadi niet gewaardeerd onder zijn Joodse geloofsgenoten. „In die tijd kwam ik zelf tot geloof in de Messias. Vooral orthodoxe Joden verzetten zich daarom tegen mijn werk. Ze wezen hun geloofsgenoten erop dat christenen in de naam van hun God al vele Joden in Rusland hadden gedood, in Zhitomir alleen al 30.000. Ze zeiden tegen hen: Christenen hebben je ouders gedood! Nu zullen ze ook je ziel wegnemen, en dat voor de prijs van een brood.”
Ds. Arkadi is niet erg hoopvol over de godsdienst van zijn volk. „In de synagogen wordt amper over God gesproken. De Joden hechten vooral waarde aan tradities. Degenen die in Christus geloven, worden niet meer als Jood beschouwd. Ze zijn als een dode. Een Jood voelt zich niet aangesproken als je tegen hem zegt dat hij een zondaar is. Een zondaar is voor hem iemand die aan de drank is verslaafd, een dief, of een moordenaar. Als je je geen zondaar voelt, waarom zou je dan vergeving moeten vragen?”
Het duurt vaak lang voordat iemand ervan overtuigd is dat hij werkelijk zondaar is, zegt ds. Arkadi. „Het is het werk van de Heilige Geest om van zonde te overtuigingen. Als ik hen wijs op Jezus, doe ik dat vanuit het Oude Testament. Ik laat zien hoe God over de komende Messias gesproken heeft en voor wie de Messias gekomen is. We noemen ons ”Messiaanse gemeente”. Centraal in onze gemeente staan bekering en geloof in het bloed van Jezus Christus. Vooral dat laatste roept verzet op. Er zijn Joden die wel gelovig zijn, maar bang zijn om uit de synagoge te worden geworpen. Er is in Zhitomir zelfs een antimessiaanse organisatie opgericht van orthodoxe Joden die openlijk zeggen dat een Jood die christen wordt, geen Jood meer is en zelfs niet het recht heeft om naar Israël te emigreren. Met de ambassade zijn afspraken gemaakt om terugkeer ook te verhinderen.”
De gemeente is in de drie jaar van haar bestaan sterk gegroeid. Ze telt nu ongeveer 150 leden. In de omgeving van Zhitomir worden op zes andere plaatsen ook bijeenkomsten gehouden. De gemeente telt zes voorgangers die zorgen voor toerusting van de gemeente. Veel zaken in de gemeente zijn nog niet zoals ds. Arkadi ze in Nederland tegenkomt, zoals de kinderdoop. „De kinderdoop is bij ons onbekend”, zegt ds. Arkadi desgevraagd. Hij verklaart dat uit het feit dat decennialang goede lectuur heeft ontbroken. „Pas vier jaar geleden kwam ik voor het eerst in aanraking met gereformeerde literatuur.”
De predikant is onder de indruk van de lectuur van Owen, Watson, McCheyne, Boston, allemaal schrijvers die nu in het Russisch beschikbaar zijn. Het was Arkadi’s expliciete verzoek aan predikanten van de Gereformeerde Gemeenten om de gereformeerde geloofsleer te komen onderwijzen. „Ik heb God gebeden om deze gemeente te beginnen. Ik ontdekte dat in Messiaanse gemeenten wel over traditie werd gesproken, maar niet over de Messias. Andere gemeenten in onze stad zijn erg charismatisch. Zelfs Messiaanse Joden denken dat ze gered worden omdat ze Jood zijn. Het kost ons veel moeite om hun uit te leggen dat ze zondaar zijn en dat er maar één weg ter zaligheid is, namelijk die van ware bekering en van het geloof in Christus.”
Ds. Arkadi heeft gebeden om toerusting in de leer. Hij beschouwt het als een gebedsverhoring dat hij predikanten uit Nederland ontmoette. „We vonden in de geschriften van de gereformeerde theologen antwoord op onze vragen over verlossing, wedergeboorte, bekering en overtuiging van zonde. In deze boeken wordt ons op diepe wijze de betekenis van het bloed van Christus voor ogen gehouden. Die diepte is zo nodig in deze tijd.”
Het deputaatschap Israël heeft inmiddels gezorgd voor cursussen over de Heidelbergse Catechismus, onder meer door ds. C. J. Meeuse, voorzitter van het deputaatschap. Het blad ”Genade en waarheid”, dat namens het deputaatschap in Israël gedrukt wordt, alleen in het Russisch, wordt in heel Oekraïne verspreid.
Zorgen heeft ds. Arkadi over de leefbaarheid in Oekraïne. „Oekraïne maakt een zeer moeilijke tijd door. De regering heeft een minimum bepaald waarvan mensen moeten kunnen leven, maar in de praktijk kan niemand daarvan rondkomen. Sommige prijzen liggen op het niveau van de prijzen in Nederland, maar daar staat een maandsalaris van 50 euro tegenover. Er zijn veel gebroken gezinnen. Duizenden kinderen krijgen geen enkel onderwijs.”
Of die nood de bevolking tot de Heere uitdrijft? Ds. Arkadi: „Als je een willekeurige inwoner van Zhitomir vraagt of ze in God geloven, zeggen ze allemaal: Ja. Ze zijn ooit in een Russisch-orthodoxe kerk geweest, of in een rooms-katholieke kerk, maar daar hebben ze niet meer gedaan dan een kaars aangestoken. Wat je wel ziet, is dat mensen nu meer aan God denken dan tien jaar geleden. Toen hoorde je nog niet over God spreken. Al is het voor ons niet mogelijk om mensen van hun zonde te overtuigen, het is al een vooruitgang als ze God nodig krijgen in hun leven. De groei die we nu meemaken geeft hoop voor de toekomst.”