Kerk & religie

Triosynode stelt beleidsplan LDC vast

Na langdurige beraadslagingen heeft de triosynode donderdag een beleidsplan voor de dienstenorganisatie aanvaard. Twee synodeleden stemden tegen. Het plan ”Keuzes zichtbaar maken” geldt voor de overgangsperiode 2003-2004.

Kerkredactie
13 December 2002 10:02Gewijzigd op 14 November 2020 00:00

De vergadering besloot verder een generale raad van advies in oprichting in te stellen. Deze vervangt de huidige drie generale raden en krijgt onder andere als taak het gevraagd en ongevraagd adviseren van de generale synodes. Daarnaast gaat de raad op verzoek van het bestuur de dienstenorganisatie adviseren.

Het beleidsplan heeft vier kernwoorden als uitgangspunt: geloven, vieren, helpen en bouwen. Volgens F. C. C. van Tuyll van Serooskerken, voorzitter van het bestuur van de dienstenorganisatie, moet in een beleidsplan staan wat je wilt, wie het moet doen, wie verantwoordelijk is, welke middelen je hebt en wat het moment van gereedkomen is. „Het is een overkoepelend plan. Er staat ook veel niet in.”

Dat laatste waren veel synodeleden roerend met hem eens, maar zij wilden daarin juist verandering brengen. Ouderling H. Hoogenhout (gereformeerd, classis Breukelen), ds. G. J. van der Togt (hervormd, classis Zoetermeer) en ds. J. L. Schreuders (hervormd, classis Bommel) missen de notie verkondiging. Ds. Schreuders: „Voor mij gaat het in de kerk om het winnen van zielen voor Koning Jezus. Daar zie ik zo weinig van terug.” Ds. Van der Togt: „Mij bekruipt de indruk dat het verkondigende aspect terzijde is geschoven.” Directeur W. A. van Santen zegde toe dat hiervoor in het volgende beleidsplan meer ruimte zal zijn.

Verschillende keren klonk de vraag om een goed verankerde plaats van het werk voor Kerk en Israël, bijvoorbeeld door een vaste formatieplaats in de dienstenorganisatie of een aparte raad. Ouderling W. Hulshof (gereformeerd, classis Nijkerk) stelde vast dat de verhouding met Israël tot de bloedsomloop van de kerk is gaan behoren. Hij heeft de indruk dat Kerk en Israël in het beleidsplan een blindedarm is, die je best kunt missen.

Van Santen weersprak dat er in de dienstenorganisatie geen deskundige medewerkers zouden zijn. „In Utrecht worden één à twee fte’s gehandhaafd.” Het moderamen vindt de invulling van de arbeidsplaatsen geen taak van de triosynode, maar kwam de synode tegemoet door de komst van een beraadsgroep voor Kerk en Israël aan te kondigen. Volgens SoW-scriba dr. B. Plaisier is er hier niet alleen sprake van een communicatiestoring, maar ook van gebrek aan vertrouwen.

Ouderling A. Steensma (hervormd, classis Buitenpost) vindt dat het dovenpastoraat expliciet in het beleid moet worden opgenomen. Zijn voorstel werd met 61 stemmen voor niet aanvaard. Juist gistermorgen hadden het triomoderamen en het deputaatschap pastoraat van de Christelijke Gereformeerde Kerken besloten de huidige drie functies voor het dovenpastoraat het komende jaar te handhaven. Een gesprek tussen beide had plaats omdat de indruk was ontstaan dat de SoW-kerken wilden bezuinigen op categoriaal pastoraat. „Deze vrees is weggenomen”, aldus een gezamenlijke persverklaring.

Ds. A. A. S. ten Kate (hervormd, classis Breda) wil dat de kerk een kerk van vrijwilligers blijft. Hij vindt dat niet-betaalde deskundigen voorrang moeten krijgen in beleidsbepaling en uitvoering. Hoewel veel synodeleden zich zorgen maken over de positie van vrijwilligers, steunden slechts veertien synodeleden dit plan.

In de beantwoording van de vele vragen was een sleutelpositie weggelegd voor de POV’s. Deze ”programmaoverlegvergaderingen” -het zijn er meer dan tien en ze moeten nog worden ingesteld- gaan binnen de grote kaders een belangrijke bijdrage leveren aan het beleid. Ze worden samengesteld uit leden van de dienstenorganisatie en leden van de kerk en bepalen welk werk er gaat gebeuren.

Verscheidene synodeleden spraken de vrees uit dat de discussie over de kerntaken van de arbeidsorganisatie die voor volgend jaar op de agenda staat in de knel komt als nu al een beleidsplan zou worden vastgesteld. Ouderling Hoogenhout voorspelde dat als er besluitvorming over het beleidsplan zou plaatshebben er bij de kerntakendiscussie steeds naar terugverwezen zal worden. „Als we te verstrekkende besluiten nemen, gaan we met gebonden handen naar de kerntakendiscussie. En de kerntaak die u belangrijk vindt, kan daardoor dan niet meer worden uitgevoerd”, waarschuwde hij collega-synodeleden. Het synodebestuur voegde vanwege deze breed levende kritiek aan het besluitvoorstel toe dat na de kerntakendiscussie wordt bezien of en in hoeverre het beleidsplan wijziging behoeft.

In de vier leden tellende generale raad van advies in oprichting benoemde de synode kerkelijk hoogleraar prof. dr. G. G. de Kruijf (voorzitter), ds. J. van Oostende (tot 1 januari algemeen secretaris van de GZB), de lutherse predikant dr. C. F. G. E. Hallewas en K. H. A. Zieleman, die tot dit jaar voorzitter was van de generale raad voor facilitaire zaken.

Onder de raad van advies ’hangen’ drie raadkamers: één voor kerkrentmeesterschap en diaconaal beheer, één voor missionair werk, diaconaat en oecumene en één voor kerkopbouw, theologie en opleidingen. De kamers bestaan uit maximaal tien personen.

De synode nam donderdag ook afscheid van drs. C. P. van Dijk als lid van het bestuur van de dienstenorganisatie. Hij was begin dit jaar voorzitter van de commissie van deskundigen die de synode adviseerde hoe ze uit de grote financiële problemen van de SoW-kerken kon komen. „Het lek begint geleidelijk boven water te komen”, zei Van Dijk.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer