Homobesluit EKHN is „einde der kerk”
Het besluit van de Evangelische Kirche in Hessen en Nassau (EKHN) om inzegening van een verbintenis tussen twee mensen van gelijk geslacht mogelijk te maken is „het einde der kerk.”
Dat stellen vijf bijbelgetrouwe organisaties in Duitsland. Volgens hen heeft de EKHN opgehouden „kerk der Reformatie” te zijn.
Het vorige week genomen synodebesluit van de -inmiddels vijfde- Duitse landskerk om homoparen in te zegenen, heeft geleid tot een storm van protesten. In een gezamenlijke persverklaring zeggen de vijf organisaties, waaronder de Academie voor Reformatorische Theologie in Marburg, dat afscheid is genomen van de Heilige Schrift als grondslag van de ethiek. „Duitse christenen worden geconfronteerd met het einde van een dramatisch proces van verval. Ze moeten opnieuw leren dat niet overal waar een kerktoren staat, ook de kerk van Jezus Christus is aan te treffen.” De vijf verklaren de EKHN tot „missiegebied.”
Volgens de leider van het kerkrechtelijk instituut van de Evangelische Kirche in Deutschland (EKD), prof. Axel Freiherr von Campenhausen, zijn ambtsdragers niet verplicht dergelijke huwelijken te voltrekken. Bovendien blijken, aldus Von Campenhausen, homoseksuele paren nauwelijks geïnteresseerd te zijn in een kerkelijke inzegening van hun relatie.
Het conflict rond de inzegening van homoparen heeft verder geleid tot een ontmoeting tussen de EKD-raad en het bestuur van het bijbelgetrouwe Gnadauer Gemeinschaftsverband. Vertegenwoordigers van het verband, dat onder leiding staat van ds. Christoph Morgner (Siegen), hebben gezegd dat de homobesluiten „kerksplitsende krachten” teweegbrengen. De kwestie raakt volgens hen de „kernvragen” van Bijbel en belijdenis.
Het bestuur van de EKD erkent dat de besluiten „diepe onenigheid” in de kerk hebben teweeggebracht. De inzegeningsbesluiten zijn echter door de meerderheid genomen en dan is het „de evangelische goede weg” om gemeenschappelijk onder het Woord te blijven, ook als er spanningen zijn, aldus het bestuur.