Naast radioreclames zijn er nog allerlei andere middelen om de mening van het publiek te beïnvloeden. De inzamelingsactie voor een bus met een atheïstische reclameleus is al gestart. De initiatiefnemers vinden het hoog tijd dat ongelovigen hun stem laten horen, de stem van het positief atheïsme: „Kom op: denk na, word wakker, stop met piekeren: er is geen god.”Origineel is het niet. Het zal de Nederlandse humanisten wel spijten dat ze niet zelf op dit idee gekomen zijn maar dat ze het nu uit het buitenland moeten kopiëren. In Londen rijden al 800 bussen en andere voertuigen rond met zo’n prikkelende tekst: „Er is waarschijnlijk geen God. Maak je geen zorgen en geniet van het leven.” De atheïsten zamelden er 140.000 pond voor in. Spanje, Italië en Canada volgden al.

De buscampagne roept, begrijpelijk en terecht, veel verzet op. In Spanje laten zowel rooms-katholieken als protestanten een tegengeluid horen, niet alleen in de media maar ook met reclame op bussen. Een van de bussen heeft als opschrift: „God bestaat. Geniet het leven in Christus.” In Nederland denkt de Bond tegen het vloeken na over de mogelijkheden.

Zo’n protestactie over en weer vraagt wel wat doordenking. Een Londense buschauffeur weigerde achter het stuur te kruipen van de bus met atheïstische reclame. Realiseren de humanisten zich hoe ze anderen in gewetensproblemen kunnen brengen? Die vraag geldt niet alleen het personeel van de openbaarvervoersbedrijven, maar ook ieder die aan die reclame wordt blootgesteld. Moet de overheid de straat, de publieke ruimte, niet juist vrijwaren van antireligieuze propaganda? Maar van een kabinet dat het verbod op godslastering wil indammen, valt weinig actie te verwachten.

De buscampagnevoerders zijn een beetje bang om de naam van Allah te noemen op de bus, zeggen ze. Dat geeft aan dat de actie vooral op christenen gericht is. Die moeten daarom niet schromen om nu ook van zich te laten horen. Het gaat immers niet om henzelf, maar om de naam van God?

Een reactie op de buscampagne luistert nauw. Laten christenen eerst op de knieën gaan. Laten ze, net als de profeet Jesaja, eeuwen geleden, eerst de hand in eigen boezem steken: „Wij deden het land geen behoudenis aan.”

Maar dat vraagt tegelijk om een publiek getuigen. Een christen mag zijn licht niet onder de korenmaat plaatsen. In reformatorische kringen bestaan, terecht, aarzelingen bij al te activistische protesten. Aan de andere kant doemt echter het gevaar van de apathie. Er is alle reden om de leugen van het humanisme en het atheïsme te ontmaskeren. Het is zéker dat er een God is. Kom op. Denk na. Word wakker. Ontwaakt, gij die slaapt en staat op uit de doden, en Christus zal over u lichten.