In het laatste handelsuur stond de Dow–Jonesindex 1,9 procent lager op 8436 punten. De breed samengestelde S&P 500 moest een verlies van 2,6 procent incasseren op 867 punten, de Nasdaq–index verloor 2,4 procent tot 1534 punten.Vooral de financiële sector kreeg klappen. Citigroup zag zijn beurswaarde zelfs met 20 procent dalen. Een andere grote bank, JPMorgan Chase, zakte 5 procent in koers. Verzekeraar AIG moest 4 procent prijsgeven. Gevreesd wordt dat banken en verzekeraars opnieuw grote verliezen gaan lijden door de financiële crisis.

Citigroup stond extra onder druk door de naderende verkoop van zijn controlerende belang in zijn effectendochter Smith Barney. Het concern moet onderdelen afstoten om de risico’s te verkleinen nadat vorig jaar een verlies van ruim 20 miljard dollar is geleden. In de huidige omstandigheden kan het echter moeilijk worden om kopers te vinden.

Alcoa behoorde ook tot de grote verliezers. ’s Werelds grootste aluminiumproducent zou na sluiting van de beurs zijn kwartaalrapport presenteren, waarmee de aftrap van een nieuw cijferseizoen een feit is. Deutsche Bank wilde de resultaten niet afwachten en zette het aandeel Alcoa op verkopen. De koers kreeg een klap van 7 procent.

Uitspraken van de minister van Financiën, Henry Paulson tegenover televisiezender CNBC deden de beursstemming ook geen goed. Hij zei dat de economie in een moeilijke periode terecht is gekomen.

Oliemaatschappijen hadden last van een sterke daling van de olieprijs door zorgen over een afnemende vraag. De prijs voor een vat ruwe Amerikaanse olie zakte bijna 8 procent tot 37,65 dollar. Chevron verloor op de beursvloer 2,9 procent en ExxonMobil zakte 1,4 procent.

In de New Yorkse valutahandel noteerde de euro 1,3380 dollar. Bij het slot van de Europese beurzen stond de munteenheid nog op 1,3350 dollar.