Regering België krijgt vertrouwen
De nieuwe Belgische regering-Van Rompuy heeft vrijdag vertrouwen gekregen van een Kamermeerderheid, maar de oppositie toonde zich in het debat over de regeringsverklaring buitengewoon kritisch.
De oppositie vreest dat een parlementair onderzoek naar het Fortisdossier in de praktijk neerkomt op een „doofpotoperatie.”Twee weken terug viel de regering-Leterme na beschuldigingen dat ze de rechtsgang rond de verkoop van Fortis had willen manipuleren. Het Belgisch parlement stelt een onderzoek in naar deze affaire. Maar als het aan de regering ligt, zal dat verricht worden door deskundigen. De oppositiefracties willen dat de Kamer getuigen onder ede kan horen.
Volgens premier Herman Van Rompuy is er niets mis met een „sereen” onderzoek door deskundigen. De Kamer kan daarna met hun conclusies doen wat ze wil, zei hij.
De regering-Van Rompuy bestaat net als haar voorganger uit Vlaamse en Franstalige christendemocraten en liberalen en Franstalige socialisten. Ze zal het regeerakkoord van het kabinet-Leterme volledig uitvoeren. Wel werd een aantal ministers vervangen.
Tijdens zijn woensdag uitgesproken regeringsverklaring hamerde Van Rompuy op de noodzaak van het herstel van vertrouwen in deze tijd van economische crisis. Maar volgens de oppositie is de geloofwaardigheid ver te zoeken.De nieuwe Belgische regering kreeg steun van 88 van de 150 Kamerleden.
Vrijwel direct na de aanstelling van een nieuwe regering heeft de Belgische politiek nu al te maken gekregen met een nieuw schandaal. De nieuwe parlementsvoorzitter zou zich in zijn vorige functie schuldig hebben gemaakt aan valsheid in geschrifte.
De Belgische krant De Standaard meldde vrijdag dat voorzitter Patrick Dewael in zijn vorige functie als minister van Binnenlandse Zaken de aanstellingsbrieven van twee secretaresses van politiechef Koekelberg met een valse, eerdere datum ondertekend zou hebben. Daarmee zou sprake zijn van valsheid in geschrifte. De beschuldiging is afkomstig van Koekelberg zelf, die inmiddels zei aangifte te hebben gedaan.
Het antedateren zou zijn gebeurd om te verdoezelen dat Dewaele op het moment van signeren helemaal niet meer bevoegd was om een dergelijke aanstelling te regelen. Het kabinet waarvan hij deel uitmaakte was op het moment van de eigenlijke ondertekening namelijk al demissionair. Dewaele bestrijdt zowel de beschuldiging van valsheid in geschrifte als de bewering dat een demissionaire minister aanstellingen als die van de secretaresses niet meer zou mogen regelen.
De geruchten dat het bij de benoemingen niet helemaal volgens het boekje zou zijn gegaan circuleerden al langer.