Binnenland

De zee op met orkaankracht

Golven van 18 meter hoog, orkanen met windkracht 12, een bevalling tijdens een overtocht van Terschelling naar het Friese vasteland. Ane Ruijg, reddingsbootschipper, heeft het allemaal meegemaakt.

Jan Mark ten Hove
17 December 2008 11:03Gewijzigd op 14 November 2020 06:55

Over enkele weken gaat de 61-jarige Ruijg met de VUT. Sinds 1979 maakte hij deel uit van de reddingsbrigade van de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM) op Terschelling. In zijn 29 dienstjaren maakte Ruijg veel gevaarlijke situaties mee.„In februari 1996 liep boven het eiland Terschelling een containerschip vast bij windkracht 12. Het schip had een ingeslagen brug, de motor was uitgevallen en de ankers weggeslagen. Door de zandbanken stuwt het water alleen maar verder op, zodat het vrachtschip telkens op de golven werd gesmeten. Met de reddingsboot konden we er nauwelijks bij. We sloegen 180 graden om aan stuurboord. Uiteindelijk heeft een helikopter de opvarenden kunnen bevrijden.

Een andere keer kapseisde een strandreddingsboot in de branding. Daarbij kwam een ver familielid van me om, hij raakte beklemd onder de boot. Ik heb nog geprobeerd om hem vanaf de kant te redden, maar die pogingen mochten niet baten.”

Een „heftige ervaring” was het redden van Russische opvarenden in een orkaan, vertelt Ruijg. „Er moesten vijf mensen van het schip worden bevrijd. Helikopters konden vanwege de windkracht niet vliegen, zodat wij het water op moesten. De zee was zo onstuimig dat het achterdek van het vrachtschip met grote kracht op het voordek van onze reddingsboot terechtkwam. Dan praat je toch al snel over een gewicht van 5000 ton. Voor het zelfde geld had ik dit niet na kunnen vertellen. Wonder boven wonder liep het ondanks wat schade goed af.”

Ruijg herinnert zich de begeleiding van een Grieks schip tijdens een storm in januari 1995 naar de Eemshaven. „De collega’s van de KNRM uit Lauwersoog waren bij hen. Op een gegeven moment kwam ook hulp vanuit Ameland, Terschelling en van het Duitse Waddeneiland Borkum. In het Hubertsgat bij Schiermonnikoog verloor de Duitse reddingsdienst zijn machinist. De man liep van de brug naar de machinekamer op het moment dat het vaartuig tegen een zandbank voer. Hij sloeg overboord. De kustwacht op Schiermonnikoog ving een heel zwak noodsignaal op, maar kon het op dat moment niet plaatsen. Onze boot liep averij op, de radioapparatuur werd vernield en de ruitenwissers braken af. Toch kwamen we ’s nachts bij de Grieken aan boord. Met een zaklantaarn schenen we bij het schip naar binnen. We hadden het niet meer verwacht, maar een stuurman en een matroos reageerden. De stuurman had een gebroken kaak en neus, de matroos had zijn been gebroken.”

Ruijg verkeerde tijdens zijn werk diverse keren in levensgevaar. „Pas thuis realiseer je wat er is gebeurd, op het moment zelf word je gegrepen door het voorval. Maar er zijn gebeurtenissen waar je nog wel eens een dagje of twee mee rondloopt. Ik zeg altijd tegen mijn vrouw: Luister nooit naar de scanner, dan word je alleen maar bezorgd.”

De schipper is niet bang in een gat te vallen nu hij voortijdig met pensioen gaat. „Ik blijf nog twee jaar actief als vrijwilliger. En ik vervang mijn opvolger met vakanties en verlofdagen.” Ruijg wil bovendien vaker naar Curaçao. Hij heeft een wrakkenkaart gemaakt van de Caraïbische kust, waarvan de Antilliaanse duikscholen gebruik gaan maken.

Naast schokkende voorvallen zijn er ook leuke gebeurtenissen die Ruijg meemaakte. „Tijdens Koninginnedag 2004 voer een vrouw met ons mee van Terschelling naar de Friese kust. Tijdens de overtocht beviel ze van een gezonde baby. Gelukkig waren een arts en enkele medewerkers van de ambulancedienst aan boord. Via de telefoon bestelde ik champagne en beschuit met muisjes.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer