Buitenland

Bush verdedigt militair ingrijpen

De Amerikaanse president George Bush heeft dinsdag zijn beleid van preventief militair ingrijpen verdedigd en gezegd dat de Verenigde Staten in de aanval moeten blijven om het Amerikaanse volk te beschermen. Bush deed zijn uitspraken op de militaire academie in West Point, waar hij in 2002 voor het eerst dit beleid verwoordde.

AP
10 December 2008 08:06Gewijzigd op 14 November 2020 06:53
Bush verdedigt militair ingrijpen. Foto EPA
Bush verdedigt militair ingrijpen. Foto EPA

Na de aanslagen van 11 september 2001 zagen de VS de noodzaak in om vijanden een stap voor te blijven, aldus Bush. „We moeten de strijd naar de vijand brengen, zijn plannen in de war schoppen en de confrontatie met de grootste bedreigingen aangaan voor die ontstaan”, zei hij in 2002. Dit beleid zou bekend worden als de Bushdoctrine, waarbij geen onderscheid wordt gemaakt tussen terroristen en diegenen die hen steunen.Nog steeds vormt het terrorisme een serieuze bedreiging, zegt de president, zoals de aanslagen eindvorige maand in de Indiase stad Bombay volgens hem nog maar eens aangeven. De terroristen zijn wel verzwakt, denkt Bush. „De leiders van al-Qaida (…) voelen de druk zo oplopen dat ze zich alleen maar schuil kunnen houden. De dag zal aanbreken dat ze krijgen wat hun toekomt.”

Vastberaden zijn nalatenschap vorm te geven, sprak Bush over zijn verrichtingen bij het terugdringen van aids, zijn beleid in het Midden-Oosten en zijn verdiensten als opperbevelhebber. Hij sprak over het versterken van bondgenootschappen tegen het terrorisme en over het delen van inlichtingen. Ook het leger en zijn militaire strategie sinds zijn presidentschap in januari 2001 begon, kwamen aan de orde.

„We hebben een stevige basis gelegd waarop toekomstige presidenten en bevelhebbers kunnen bouwen. Het Amerikaanse leger is sterker, behendiger en beter voorbereid om dreigingen te weerstaan dan acht jaar geleden. De komende jaren moeten we de vermogens ontwikkelen om de strijd naar de vijand te brengen. We moeten in de aanval blijven.”

Tien maanden nadat Bush zijn beleid voor het eerst verwoordde, vielen Amerikaanse troepen Irak binnen. De regering zeiinformatie te bezitten die aantoonde dat de Iraakse president Saddam Hussein over massavernietigingswapens beschikte. Bijna zeven jaar later is die oorlog nog steeds gaande. Massavernietigingswapens zijn echter nooit gevonden.

De Kroatische president Stipe Mesic heeft dinsdag tijdens een bijeenkomst van de Verenigde Naties over contraterrorisme juist uitgehaald naar het preventieve militaire beleid van Bush. De aanpak van de Amerikaanse president heeft de wereldwijde bestrijding van het terrorisme „in gevaar gebracht”, aldus Mesic.

Volgens de Kroatische president is de wereldwijde solidariteit met de Verenigde Staten afgenomen, omdat de oorlog tegen het terrorisme is uitgelopen op een „soort exclusieve competentie van een land, of een groep van landen die het leidt.”

Mesic is een fel tegenstander van de door de Amerikanen geleide oorlog in Irak. Hij benadrukt dat alleen non-militaire middelen uiteindelijk de dreiging van zelfmoordterroristen kan verminderen. „De inzet van militaire middelen, hoe onmisbaar ook, zal op de lange termijn niets oplossen. Evenmin lukt dat een preventief beleid buiten de Verenigde Naties om.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer