Opinie

Aftocht Vogelaar ook aan Bos te wijten

Het ministerschap van Vogelaar was beslist geen succes, vindt Paul Lieben. Maar haar falen is net zo goed aan PvdA-leider Bos te wijten. Hij heeft haar immers geselecteerd als minister.

17 November 2008 09:02Gewijzigd op 14 November 2020 06:44
„Iedere keer dat Vogelaar voor de camera’s of de microfoons van het journaille verscheen, hield alles wat rood was z’n hart vast.” Foto ANP
„Iedere keer dat Vogelaar voor de camera’s of de microfoons van het journaille verscheen, hield alles wat rood was z’n hart vast.” Foto ANP

„Geen vragen, jongens!” Deze drie woorden van de woordvoerster van Ella Vogelaar direct na de korte speech waarin ze haar gedwongen aftreden bekendmaakte, zijn misschien wel kenmerkend voor haar hele ministersperiode. Want iedere keer dat Vogelaar voor de camera’s of de microfoons van het journaille verscheen, hield alles wat rood was z’n hart vast.Het rommelde natuurlijk al een tijdje. Zo verscheen enige tijd geleden in Vrij Nederland een interview met haar partijgenoot Tweede Kamerlid Hans Spekman. Spekman wilde als oud-wethouder van Utrecht een bijdrage leveren aan de wijkenaanpak, maar mocht dat niet „omdat het niet in z’n portefeuille zat.” Vogelaar is onbereikbaar voor goede adviezen, was de teneur, en „misschien leert ze het nog wel eens.”

Even later publiceerde De Telegraaf een interview met Dig Istha, die was ingehuurd om haar profiel op te poetsen. Hij brak haar imago echter verder af: zelfs voor hem als voorlichter was ze onbereikbaar. Een beeld van politiek autisme beklijfde.

Istha was als partijgenoot ingeschakeld door Bos en het is ondenkbaar dat Istha deze uitlatingen zonder zijn medeweten zou doen. Dit was het tweede recente teken aan de wand over de opstelling van haar eigen partij. Eerder waren er natuurlijk al de schermutselingen met Bos over hoe integratieproblemen te benoemen en aan te pakken.

Is alle ellende dan aan Vogelaar te wijten? Dat zeker niet. Binnen de PvdA is er geen eenduidige lijn over integratie. Er zijn twee kampen te onderscheiden: de realo’s (types als Bos en Dijsselbloem) en de relativo’s (Vogelaar, Cohen). Vogelaar refereerde in haar afscheidsspeech zelf nadrukkelijk aan dit thema: sinds Fortuyn was de PvdA er niet in geslaagd een duidelijke agenda te bepalen rond het thema integratie.

Albert Heijn
Bos en de partijtop lijken met het gedwongen vertrek van Vogelaar nu duidelijk te hebben gekozen voor de lijn van de realo’s en de nog in de partij zetelende relativo’s moeten zich zorgen gaan maken. Het ironische is dat het vertrek van Vogelaar dus bijdraagt aan de heldere koers die ze in haar afscheidsspeech nog niet ontwaarde.

Bos heeft nu schoon schip gemaakt. Maar had Bos vóór de aanstelling van Vogelaar niet kunnen weten wat de standpunten van Vogelaar waren? Daar voer je toch gesprekken over met een komende minister voor Integratie?

Bos heeft Vogelaar destijds zelf de wei ingestuurd, net als minister Cramer van Ruimte en Milieu. De PvdA, maar ook andere partijen, stellen op grond van zeer beperkte informatie iemand aan als minister. Albert Heijn doet bij wijze van spreken al assessments voor de functie van bedrijfsleider, maar ministers worden geselecteerd door middel van een onduidelijke tombola.

Om toekomstige rampspoed te voorkomen, dienen partijen in de toekomst kandidaten te onderwerpen aan specifiek toegesneden assessments. En ja, daar hoort als een van de onderdelen ook omgang met de media bij. Laat een lastige journalist maar een kwartiertje klieren rond de kandidaat. Dan weet je als partij al snel wat voor vlees je in de kuip hebt en vallen de Vogelaars en de Cramers van deze wereld bij voorbaat door de mand.

De auteur is politicoloog.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer