Absurd, bizar! De ’halve’ wereld lijdt honger en kan echt niet gevoed worden met zout water. En dit alles voor de zeepbel economie? Laten we ons gezonde verstand gebruiken en ons gevoel, voor onder anderen de hongerende medemens, laten spreken.Willem Hamoen

Schildmos 16

3994 LS Houten

Ordenend principe
Het is opvallend dat we de aanhangers van de seculiere staat tegenwoordig breed aantreffen. De aanhangers vergeten echter één ding. Ze trekken niet de uiterste consequentie van deze staatsvorm. Wie dat ook niet doet, is prof. dr. H. M. Kuitert. Volgens zijn jongste publicatie (RD 16-10) is er maar één staatsvorm toereikend en dat is de seculiere staat. Mag ik de opmerking maken dat blijkbaar afkeer van religie bij sommigen een vervelende blindheid veroorzaakt? Alsof een neutrale staat mogelijk is! Alsof de helft plus één geen leidende principes kent! Zo’n staat beangstigt mij en daarom zou ik toch graag de vraag willen stellen aan Kuitert: Wat is het ordenend principe dat u voorstaat? Een indringend citaat uit een recente publicatie van Tim Keller (”In alle redelijkheid”) concretiseert deze vraag: „Als er geen God bestaat, is er geen enkele manier om te zeggen dat de ene daad ”moreel” is en de andere ”immoreel”. Je kunt dan alleen nog maar zeggen: ”ik vind dit leuk”. Als dat het geval is, wie krijgt dan het recht om zijn of haar subjectieve, arbitraire morele gevoel tot wet te verheffen? Je kunt wel zeggen: ”de meerderheid heeft het recht om de wet te maken”, maar bedoel je dan ook dat de meerderheid het recht heeft om te besluiten een minderheid uit te roeien? Als je zegt: ”nee, dat is verkeerd”, ben je weer terug bij af. ”Wie zegt dat” de meerderheid een morele verplichting heeft een minderheid níét uit te roeien? Waarom zouden jouw morele overtuigingen bindend moeten zijn voor de mensen die zich tegen jou verzetten? Waarom zou jouw mening hoger aangeslagen moeten worden dan de wil van de meerderheid?” Zou Kuitert hier eens op in willen gaan? Dan komt er hopelijk haring of kuit.

N. A. Donselaar

Torenplein 16

4307 AB Oosterland

Spaarbankboekje
De Boerenleenbank hielp boeren, de Nutsspaarbank leerde de klanten sparen en de Nederlandsche Middenstandsbank stond opgesteld om ondernemers een krediet te verschaffen, zo lees ik in een uitnemend artikel in RD 23-10. Inderdaad, toen ik in de jaren 70 het penningmeesterschap van de oud gereformeerde gemeente overnam, kreeg ik, behalve een luttel bedrag aan contanten, ook een spaarbankboekje van de Nutsspaarbank overhandigd, waarop een paar honderd gulden stond. „Half Den Helder zit bij ’t Nut”, zei de bejaarde diaken die ik opvolgde, „dus wij ook.” Zelf heb ik het dus nog meegemaakt dat als ik wat collectegeld op de bank bracht, dat terstond in het spaarbankboekje werd bijgeschreven. Weliswaar niet meer met pen en inkt; nee, het boekje werd door een machine gehaald, die datum, gestort bedrag en nieuw saldo op één regel bijboekte. En zo kreeg ik het boekje weer mee. De juffrouw aan de balie wist precies om welke kerk het ging, hoe ik heette, en met welke frequentie ik ongeveer ten kantore verscheen. Af en toe boekte zij op een regeltje wat rente bij. Werkte perfect. En nu zit ik, zonder ooit enige actie te hebben ondernomen, bij die Fortis, die onophoudelijk in het nieuws is, hebben we een Privérekening en een Hogerenterekening, en moeten we maar afwachten of het bedrag dat we met veel moeite op laatstbedoelde rekening hebben opgespaard, nog veilig is. Ik heb nog een klapper in gebruik waarop staat: ”VSB-bank”. Inderdaad, ’t Nut werd op een gegeven moment VSB-bank, en die ging later weer op in Fortis. Zonder dat je daar als klant ook maar iets aan doen kon. Zo zie je maar weer: alle verandering is nog geen verbetering. Een kopie van genoemd RD-artikel, waar boven staat: ”Banken verkeren in morele crisis”, alsmede een kopie van deze ”Opgemerkt”, zal ik bij mijn financiële kerkdocumenten voegen.

M. Dankers

Landmetersweg 51

1785 HB Den Helder

Uitgevonden traditie
„De term Nadere Reformatie is niet in 1608 uitgevonden, maar later over een periode heen gelegd” (RD 24-10). Nou, en? Luther heeft op 31 oktober 1517 toch ook niet geroepen: En dit is het begin van de Reformatie.

Intussen gaf deze misvatting prof. dr. F. A. van Lieburg de gelegenheid zowel de term als het begrip Nadere Reformatie te relativeren: wees er voorzichtig mee. Waarom dat? Geen van beide is nodig, laat staan gewenst.

A. de Gruijter

Jhr van der Welstraat 26

2751 AJ Moerkapelle