Prodrive Training in Lelystad is een van de aanbieders van de training Het Nieuwe Rijden. Het aantal cursisten dat zich hiervoor bij de onderneming meldde, nam vorig jaar met 40 procent toe. Die stijgende lijn zet door, aldus Mark Maaskant van Prodrive Training. „De brandstofprijzen rijzen tegenwoordig de pan uit. Wagenparkbeheerders willen graag besparen op die kosten, omdat ze zo’n 20 procent van de financiën opslokken.”Het bedrijf geeft zijn vier uur durende training op de eigen baan of op de openbare weg in de omgeving van een onderneming. „Een boordcomputer laat deelnemers zien hoeveel ze besparen. Technieken die aan de orde komen, zijn bijvoorbeeld het laten uitrollen van de auto in zijn versnelling in plaats van echt te remmen. En wat veel mensen niet weten, is dat je een haakse bocht en een rotonde gemakkelijk in de derde versnelling kunt nemen.”

Een prettige bijkomstigheid is dat bestuurders na de training minder vaak schade aan hun voertuig hebben. „We leren deelnemers goed te anticiperen op het verkeer. Dat scheelt onnodig abrupt remmen en gas geven, dus brandstof. Hierdoor schatten ze ook beter de verkeerssituatie in en voorkomen ze ongelukken. Sommige bedrijven besparen wel 20 procent op de kosten van schade aan het wagenpark. En dat de vlottere rijstijl ook tijdwinst oplevert, motiveert deelnemers om het geleerde blijvend in praktijk te brengen.”

KONE, leverancier van onder meer liften en roltrappen, is een van de bedrijven die zich vorig jaar bij Prodrive Training meldden. „Veel chauffeurs wisten wat Het Nieuwe Rijden inhoudt. Toch blijkt het zinvol om de specifieke technieken van deze rijstijl in de praktijk door te nemen met mensen die er verstand van hebben en verbetertips aangereikt te krijgen”, aldus Jacques van Hettema van KONE. „We hebben Het Nieuwe Rijden gekoppeld aan een training voertuigbeheersing.”

Om te voorkomen dat de kleine 600 werknemers die de training volgden na de cursus terugvallen in hun oude rijstijl ontwikkelde KONE in samenspraak met de leasemaatschappij een meetsysteem. Dit bevat ijkpunten zoals brandstofverbruik, schade, kilometerstand en verkeersovertredingen. Elk kwartaal ontvangt een bestuurder een brief met de resultaten over die periode. De cijfers zijn gekoppeld aan een puntensysteem. „Een werknemer die er in positieve of negatieve zin uitspringt, krijgt de aandacht. Vallen de resultaten tegen, dan gaat een leidinggevende in gesprek met desbetreffende chauffeur.”

Het eerste halfjaar na het volgen van de training slokten de KONE-wagens 4,3 procent minder brandstof op. In de periode daarna steeg dit percentage naar 5,6.

De onderneming denkt na over een positief beloningssysteem voor zuinige rijders. Hoe dit vorm krijgt, weet Van Hettema nog niet. „Er zitten de nodige haken en ogen aan. Enkel naar het verbruik kijken voldoet niet. Iemand in het hoge noorden heeft namelijk met een heel andere verkeerssituatie te maken dan een chauffeur die in Amsterdam werkt.”

Ook het Nederlands Instituut voor Verkeersveiligheid (NIV) in Barneveld merkt dat de belangstelling van bedrijven voor Het Nieuwe Rijden duidelijk toeneemt, zegt Piet Bakker van het NIV.

Zo volgen de 150 chauffeurs van Icova momenteel de training bij het NIV. „Elke week zijn twee chauffeurs aan de beurt”, vertelt Henk Hageman van het Amsterdamse afvalverwerkingsbedrijf. „Waarom nu pas? We merkten dat de kosten steeds verder stijgen.” De onderneming hoopt dat de cursus resulteert in verlaging van het brandstofgebruik en in een reductie van de onderhoudskosten. „We mikken op een vermindering van het brandstofverbruik van ten minste 3 tot 5 procent. Het gaat de goede kant op, maar exacte cijfers heb ik nog niet. Het Nieuwe Rijden zou ook minder slijtage aan remmen en banden moeten opleveren. Schadepreventie staat voor volgend jaar op de agenda.”

Icova spreekt chauffeurs aan wanneer brandstofverbruik, onderhoudskosten en het aantal schades uit de pas lopen. Hageman denkt er ook over bestuurders die in positieve zin opvallen in het zonnetje te gaan zetten. „We leiden onze chauffeurs zelf op. Het is vanzelfsprekend dat ze zuinig en voorzichtig rijden, maar een extraatje stimuleert natuurlijk wel om het geleerde in praktijk te blijven brengen.”