„Ook gehandicapte behoeft pastorale zorg”
„De heiligheid van een gemeente staat of valt met de zorg voor de verstandelijk gehandicapte medemens.” Dit zei ds. P. de Jager woensdagavond in Barneveld op een toerustingsavond van ”Op weg met de ander”, de hervormde vereniging van en voor mensen met een handicap.
De vereniging belegt drie regioavonden met als thema ”Moed en krachten”, naar aanleiding van Psalm 31. De eerste bijeenkomst stond in het teken van de pastorale zorg bij de opvoeding van gehandicapte kinderen.
Als uitgangspunt nam ds. De Jager de heiligheid van God. Deze is verankerd in de verzoening tussen God en mens, zei hij. „Heiligheid krijgt een praktische uitwerking, als een spiegel van Zijn heiligheid. In Leviticus 19 krijgt ze gestalte in de zorg voor zwakken en weerlozen: eten en drinken voor de vreemdeling, een blinde geen obstakel in de weg leggen. Zo moeten wij omgaan met onze kinderen. Ook Jezus Zelf had oog voor de verstandelijk gehandicapten.”
Goed zorgen is al moeilijk genoeg, zei de hervormde predikant uit Huizen. „Het begint als een kind met het syndroom van Down wordt geboren. De ouders worden teruggeworpen op de harde realiteit. Mensen om hen heen weten zich geen raad of doen meewarig. En de wereld zegt: „Je had het kunnen weten en abortus provocatus kunnen laten uitvoeren.” Juist op zulke momenten wil de Heere, vanuit het Woord en door de kracht van de Heilige Geest, moed en kracht geven. Hij zal ook blijven zorgen in de blijvende zorg die wij voor onze kinderen hebben.”
De predikant of ouderling kan hieraan in het pastoraat aandacht schenken, zei ds. De Jager. „Ik weet dat er op dat punt nogal wat frustraties zijn, bijvoorbeeld omdat mensen in de steek zijn gelaten door een ambtsdrager die geen raad met de situatie wist. In beleidsplannen van kerkenraden wordt de zorg voor gehandicapte kinderen vaak helemaal niet genoemd. Terwijl de kerkenraad hierin een grote verantwoordelijkheid draagt. Ouders moeten hun wensen -zoals pastorale zorg voor hun kind- kenbaar maken.”
De predikant brak een lans voor deelname van gehandicapten aan de gewone kerkdiensten, „zodat ze zichtbaar worden in de gemeente, onder de bediening van het Woord komen en de zegen meekrijgen. Behalve de schapen hebben ook de lammetjes voedsel nodig.”
Verder bepleitte hij het doen van belijdenis door gehandicapten en hun deelname aan het heilig avondmaal. „Het is ontroerend als je deze mensen hoort zeggen: Ik geloof in de wederopstanding van het vlees. Ik geloof dat ik een heerlijk nieuw lichaam zal krijgen en voor eeuwig bij Jezus zal zijn.” Anderzijds: „Mensen denken wel eens dat verstandelijk gehandicapten automatisch zalig worden. Dat is niet zo. Het zijn ook zondaren die van genade moeten leven.”
Bijzondere aandacht schonk ds. De Jager aan de grote waarde van muziek, liederen en psalmen, als middelen om het hart van de gehandicapte medemens te raken. „Hun gevoel is sterk ontwikkeld, en dat mogen we uitbuiten. Ik ken iemand die met een viool langs deze mensen gaat. De Heilige Geest kan het gebruiken om hen te bereiken.”
In dat verband noemde ds. De Jager ook de kinderbijbel en de speciale kerkdiensten voor gehandicapten. „Zodat ieder in zijn eigen taal de grote werken Gods kan horen.”
De volgende twee bijeenkomsten hebben plaats in Rouveen en Krimpen aan den IJssel.