Buiten de legerplaats
„Zo laat ons dan tot Hem uitgaan buiten de legerplaats, Zijn smaadheid dragende.”
Hebreeën 13:13O Heere! belieft U mij te tonen, waar de mensen-kinderen tegenwoordig ’t zoeken en niet vinden. Hebt Gij mij bij iemand anders dan bij mij zelve te bepalen? Voorop staat: nergens is het te vinden dan bij Jezus alleen. Bij U is de rust, bij U is de verlossing; bij U is de redding en uitkomst. In U is licht, leven, kracht, genade, heil, vrede en zaligheid! Waar, waar staan Uw stappen? In een gebroken hart en een verslagen en verbrijzelde geest! Maar waar vergadert Gij Uw kudde? Waar legeren zich Uw schapen? Zeker niet bij de gebroken bakken en bemodderde wateren, want daar is geen leven voor hun zielen, noch voedsel voor hun honger, noch water voor hun dorst te halen.
Is er dan geen uitwendige gemeenschap die Gij verkoren hebt boven andere? Hoe kan er overwinning wezen zonder strijd, en rust zonder voorafgaande zorgen en kommer? Blijdschap zonder voorafgaand geween, en vreugde zonder voorafgaande droefheid? Zo toch is gewoonlijk Uw weg. Waar zijn de zonden beweend? Waar zijn de ongerechtigheden verzoend, en de overtredingen bedekt? Waar zijn de schapen als opnieuw opgekomen uit de wasstede? Waar moet een nieuweling zich voegen? Waar zou een uitwendig bekeerde jood of heiden, door U zielgrondig veranderd en bekeerd, zich moeten scharen, en waar moet Uw volk zich verenigen?
Is het daar, waar wij tot nog toe niet zijn gekomen? Breng er ons! Zullen Uw wegen voortaan verschillende zijn? Zal het voortaan in nog meerdere takken verdeeld worden, of zult Gij de wan in Uw hand nemen, en op Uw tijd Uw dorsvloer doorzuiveren? Zou dit laatste het zijn, en het andere voorbereidend, of onder Uw toelating?
Laat slechts in stilheid en vertrouwen onze sterkte in U zijn gegrond, en wij, bewaard voor verkeerde wegen, stil achter en onder Uw vleugelen geborgen, wachten op Uw heil, gesterkt in U, de God des levens, de Herder Uwer schapen, Koning Uwer onderdanen, Leermeester Uwer leerlingen en Leidsman Uwer volgelingen. Laat ons dan uitgaan op het veld en vernachten op de dorpen. Laat ons dan buiten de legerplaats gaan, het kruis dragende en bereid gemaakt voor Uw komst, met olie in de lamp, niet slapende, maar wakende en nuchter, mag het zijn, de Bruidegom tegemoet. Hooglied 7:11 enzovoorts. Amen.
Ds. L. G. C. Ledeboer, Benthuizen