Kerk & religie

Bemoediging

„O, Heere, maak mij levend om Uws Naams wil…”

8 September 2008 08:05Gewijzigd op 14 November 2020 06:20

Psalm 143:11Ik begin nu moed te scheppen en hef mijn ogen op naar boven, naar de berg van Gods heiligheid, vanwaar ik mijn hulp verwacht. Ik loop tot de springader Israëls, tot de fontein van alle volheid om daaruit genade te ontvangen en barmhartigheid, om daar geholpen te worden op de bekwame tijd. Want dit weet ik, dat Jehova een volle schatkamer heeft van tijdelijke en eeuwige zegeningen. Dit weet ik, dat Hij zijn knechten nooit verlaten heeft, maar hun een mond en wijsheid gaf als de zaak van het Koninkrijk dat vereiste. Zijn zij dan dwaas en onkundig, bij Hem is wijsheid en kennis. Hebben zij zonde, bij Hem is vergeving, opdat Hij gevreesd wordt. Zijn zij onmachtig, bij Hem is kracht en genade, bij Hem is licht en leven. Zijn zij bevreesd en benauwd van hart, bij Hem is rust en zekerheid tot in eeuwigheid. Tegen lichamelijke en geestelijke vijanden is bij Hem veel verlossing, ja, bij de Heere zijn zelfs uitkomsten tegen de dood. Hierom moet ik Davids bede nu de mijne maken en zeggen: „Leer mij Uw welbehagen doen, want Gij zijt mijn God.” Deze zucht moest ik ook vele malen opheffen als mij het lot van dit beroep ten deel viel en ik mij van mijn eerste gemeente los moest maken, om hier met een volkomen hart het zaad van het Evangelie te strooien.

Wilhelmus Themmen,
(”Op- en aftocht van een geestelijke wachter”, 1730)

predikant te Amersfoort

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer