PKN trekt stekker uit Numeriproject
De Protestantse Kerk in Nederland (PKN) stopt per direct met de ontwikkeling van het landelijke ledenregistratiesysteem Numeri. Dat betekent een verlies van 3,2 miljoen euro. De kerk begint echter niet meteen met de (her)bouw van een nieuw systeem, maar ze gaat deze eerst voorbereiden met behulp van een externe commissie van deskundigen. Daarvoor is maximaal 300.000 euro beschikbaar.
Dat heeft de kleine synode van de PKN vrijdag in Utrecht besloten. Op de agenda stond een rapportage van het Dienstencentrum over de voortgang van Numeri, dat inmiddels 5,2 miljoen euro heeft gekost. Daarin adviseert het bestuur een bedrag van 3,2 miljoen als verlies aan te merken en het resterende bedrag van 2 miljoen euro te gebruiken voor de herbouw van het ledenregistratiesysteem.De synode ging akkoord met het voorstel, maar ze besloot niet direct met de (her)bouw van een nieuw systeem te beginnen. De Dienstenorganisatie gaat dat eerst voorbereiden, „met gebruik van de kennis, deskundigheid en ervaring van het Numeriproject.” Ook wordt gekeken naar de uitgangspunten waaraan het nieuwe systeem voor landelijke ledenregistratie dient te voldoen. Daarbij betrekt de Dienstenorganisatie de resultaten van een analyse waarom het Numeriproject is mislukt.
Tijdens de bespreking zei dr. R. de Reuver namens de generale raad van advies dat hij geen andere mogelijkheid ziet om „een pas op de plaats te maken” en de herbouw van het ledenregistratiesysteem uit te stellen. „Numeri was een debacle. De gemeenten zijn zeer ernstig geschokt en we moeten hun vertrouwen terug winnen.” Hij adviseerde de kleine synode haar verontschuldigen aan te bieden en de kerken om vergeving te vragen.
Met praten en nietsdoen, win je geen vertrouwen, reageerde G. J. Kramer, voorzitter van de Dienstenorganisatie. Algemeen directeur H. Feenstra vindt stoppen met de ontwikkeling van een landelijk registratiesysteem „het grootste gevaar dat ons kan overkomen. Het project kan niet nog een paar jaar naar achteren worden geschoven.”
Synodelid ds. P. Verhoeff zei dat hij er geen behoefte aan heeft schuldigen aan te wijzen. Wel wil hij recht doen aan het „gevoel van bezorgdheid” in de kerken. „Misschien moet ik wel zeggen: boosheid. Ik heb behoefte aan een grondige evaluatie. We kunnen in het land niet uitleggen als we nu aan Numeri 2 beginnen.”
Hij stelde voor een onafhankelijke commissie in te stellen die de verdere ontwikkeling van het landelijk ledenregistratiesysteem gaat controleren. „Wat we van het project Numeri hebben geleerd, is dat we te weinig kennis van zaken hebben. We kunnen ons niet veroorloven het project wéér te laten mislukken.”
Feenstra zegde toe dat er op een volgende vergadering van de kleine synode, waarschijnlijk in september, een evaluatierapport op tafel ligt. Ook staat hij positief tegenover het voorstel om een commissie van deskundigen in te stellen die het project nauwgezet gaat volgen. Het bestuur van de Dienstenorganisatie gaat zich tegenover de kerkenraden en classes verantwoorden over de genomen besluiten.