Groei pinksterkerken door nieuwe rituelen
Pinksterkerken groeien wereldwijd, terwijl gevestigde kerken in Nederland te maken hebben met krimp. Voor veel mensen zijn nieuwe ervaringen de reden om zich aan te sluiten bij een pinkstergemeente. Dat blijkt uit een onderzoek dat de Vrije Universiteit woensdag presenteerde.
Veel traditionele gelovigen zijn jarenlang gewoon lid in een gevestigde kerk. „Totdat ze een ervaring opdoen in een pinksterkerk”, zei drs. M. Klaver, die pinksterkerken in Nederland onderzocht. „Ze leren dat het geloof een persoonlijke beleving is. Ze betrekken het bij de meest alledaagse gebeurtenissen. Binnen de eigen kerk wordt zo’n ervaring niet goed opgevangen. De binding wordt dan losser. Terwijl nieuwe kerken rituelen leveren voor nieuwe ervaringen, zoals herdopen.”Niet het kerklidmaatschap maar de rituelen vormen de reden om zich aan te sluiten bij een pinkstergemeente. „De basis in pinksterkerken is de orthodoxe verzoeningsleer. Nieuwe expressies van het geloof vond men in opnieuw dopen, in de doop met de Heilige Geest en onlangs is het bevrijdingspastoraat in zwang gekomen.”
De Vrije Universiteit te Amsterdam presenteerde woensdag een onderzoeksproject naar de groei van pinksterkerken in Nederland en wereldwijd. Geheel in stijl was de locatie een pinkstergemeente in Amsterdam-Zuid.
Sinds de jaren zestig van de vorige eeuw is Nederland in rap tempo geseculariseerd. Maar tegelijkertijd traden nieuwe vormen van religie op. Niet alleen New Age, maar ook de pinksterkerken. Deze kerken hebben de veranderde tijd goed aangevoeld, vond prof. dr. B. Meyer, een van de projectleiders. „Het individualisme en de ervaringscultuur kregen een antwoord met de nadruk op persoonlijke geloofsbeleving. In diensten gebruiken ze veel massamedia. Een suf imago hebben ze dus niet. Dat gelovigen niet meer zo honkvast zijn, maakt het af. Veel gelovigen uit andere kerken werden lid van een pinksterkerk.”
Ds. G. de Fijter, preses van de synode van de PKN, benadrukte in het forumdebat de overeenkomsten met pinkstergemeenten. Voor hem persoonlijk staat de geloofsbeleving van pinkstergemeenten dicht bij die van hemzelf. Ook als voorzitter wilde hij „optrekken met een ieder die een goed woord van Jezus spreekt. We hebben een andere traditie, de PKN is immers ook niet van gisteren. Maar het is van belang om schouder aan schouder te staan, vooral vandaag.”
Ook J. Voordewind, Tweede Kamerlid van de ChristenUnie en afkomstig uit de pinkstergemeenten, ondersteunde dat van harte. „We kunnen van elkaar leren.”
Dr. H. Gooren vond na zijn onderzoek in Nicaragua overeenkomsten in de bevindingen van zijn collega’s. Mensen beleven heel persoonlijk hun bekering, ze worden „aangeraakt door God”, vertelde hij. „Dat gaat samen met het uitdragen van je bekering. Je moet goed je best doen, zoals een goede opleiding volgen en voor je gezin zorgen.”
Deze welvaartstheologie verkoopt heel goed, volgens Gooren. „Het is goed te vatten in slogans en spreekt zowel arm als rijk aan. Het overgaan naar een pinkstergemeente is een manier om maatschappelijk op de ladder te stijgen. Sociale en religieuze opwaartse mobiliteit gaan samen op.”
Drs. R. Smit, onderzoeker van pinkstermigrantenkerken in Nederland, gaf aan dat er daarom in preken nooit wordt opgeroepen om elkaar te helpen. „Niet dat dat niet gebeurt. Maar het gaat erom: je moet het zelf doen. Zo sprak ik straatarme Angolezen die het vliegtuig van hun voorganger betaalden. Dat vind ik ethisch verwerpelijk, maar deze migranten spraken zelfverzekerd: „Ik heb deze week 5 euro aan de kerk gegeven, en dat betekent dat ik mijn financieel beheer op orde heb.”
Het VU-onderzoek zette in op bekeringsbelevenis van pinkstergelovigen. Volgens projectleider prof. dr. A. Droogers geeft een bekering niet alleen een overtuigd persoonlijk geloof in God maar ook een andere blik op de cultuur. „Pinkstergemeenten in Mozambique staan negatief ten opzichte van de Afrikaanse cultuur”, zo verduidelijkt drs. L. van de Kamp. „Geesten van voorouders zijn er om uitgedreven te worden door de pinkstervoorgangers. Ook geeft de kerk aan vrouwen kansen. Vanuit een traditioneel ondergeschoven positie vinden ze bij de kerk zelfvertrouwen en soms ook opleidingsmogelijkheden. Dat zijn cultuurveranderingen: zowel man als vrouw moet opnieuw leren wat liefde is.”