Kerk & religie

„Veel reacties op brief 138 moslims naïef”

Christenen, en in het bijzonder kerkelijke leiders, moeten de brief die 138 islamitische wetenschappers 13 oktober vorig jaar hebben gestuurd naar paus Benedictus XVI, de hoofden van andere kerken en het christendom als geheel, kritisch lezen.

Kerkredactie
21 March 2008 19:53Gewijzigd op 14 November 2020 05:39

Download ICNResponse.pdf

Tot dusver is dat nauwelijks gebeurd, constateert het International Christian Network (ICN) in zijn ”Antwoord op de brief van 138 moslimleiders aan het christendom”, dat het evangelicale instituut Diakrisis in het Duitse Gomaringen vrijdag verspreidde. Voorzitter van het ICN is prof. dr. Peter P. J. Beyerhaus, directeur van Diakrisis; vicevoorzitter de eveneens aan het instituut verbonden prof. dr. dr. Horst W. Beck. De verklaring is verder ondertekend door verschillende personen uit meerdere landen, onder wie dr. Marten Kuiper, predikant van de Nederlands gereformeerde kerk in Twijzel.

In hun brief, die verstuurd werd vanuit Amman (Jordanië), nodigen de 138 islamitische wetenschappers christenen uit voor een interreligieuze dialoog en samenwerking met het oog op „vrede.” De opstellers voeren aan dat islam en christendom samen meer dan de helft van de wereldbevolking uitmaken. De toekomst van de wereldvrede zou daarom voor een groot deel afhangen van een vreedzame relatie en wederzijds begrip tussen deze beide religieuze gemeenschappen. Als basis voor zo’n dialoog verwijzen de moslimgeleerden naar de opdracht tot liefde voor ”God en de naaste” waartoe de monotheïstische godsdiensten, jodendom, christendom en islam, volgens hen alle drie oproepen.

De brief van de moslimwetenschappers bracht in de christelijke wereld heel wat deining teweeg, stelt het ICN vast. Tal van christenen reageerden verheugd; anderen (veel) sceptischer.

In het licht van deze „verwarring” besloot het ICN een groep „experts op het gebied van de islam te verzoeken om een theologische analyse van de brief en een commentaar. Op deze manier willen we verbijsterde christenen helpen de achtergronden en de werkelijke doelen van dit islamitische document te doorgronden.”

In zijn ”Antwoord” legt het ICN onder andere de vinger bij de kop boven de brief van de moslimwetenschappers: ”A Common Word Between Us and You”, oftewel: ”Een gemeenschappelijk woord tussen ons en jullie”. Deze verwijst naar soera 3:64 in de Koran: „Zeg: „Mensen van het boek! Komt tot een uitspraak die voor jullie en voor ons gezamenlijk juist is. Dat wij alleen God dienen, dat wij niets aan Hem als metgezel toevoegen en dat wij elkaar niet tot heren naast God nemen.””

Volgens het ICN blijkt alleen al hieruit dat de brief ten diepste een oproep vormt aan christenen om „Christus als het centrum van hun geloof op te geven en hun geloof te concentreren, te limiteren, tot een islamitisch begrip van de liefde tot God = Allah en tot zijn naaste.” In de islam betekent het liefhebben van God ook „fundamenteel” iets anders dan in de Bijbel, aldus de verklaring, evenals bijvoorbeeld het woord vrede.

In de ogen van het ICN komt de brief van de 138 islamitische geleerden uiteindelijk neer op een oproep aan christenen zich af te keren van ”shirk”, oftewel de zonde van polytheïsme (meergodendom: Jezus als God). „Voor de islam is dít de voorwaarde voor vrede met de christenen, maar, tegelijkertijd, zoals de brief het op een autoritaire manier duidelijk maakt, is het de voorwaarde voor het veiligstellen van de bedreigde wereldvrede.”

De opstellers van het ”Antwoord” benadrukken dat zij moslims op geen enkele wijze in een kwaad daglicht willen stellen. Anderzijds constateren zij dat tal van christenen de diepere bedoelingen van de brief niet doorzien. Naïviteit zou hierbij een rol kunnen spelen, of gebrek aan kennis, dan wel niet willen discrimineren. Hoe dan ook: „Wij vragen alle christenen, vooral kerkelijke leiders, het ”Common Word” met onderscheiding te lezen.”

De Nederlandse Zendingsraad (NZR) meldde deze week in zijn nieuwsbrief dat de brief van de moslimwetenschappers in Nederland tot nog toe „nauwelijks aandacht” heeft gekregen. „Dat is onterecht”, aldus de raad. „De NZR bezint zich met andere organisaties op een passend antwoord.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer