Een futuristische kerk die zit als een oude jas
MAASSLUIS - Pastoor D. van Klaveren laat de ene na de andere oneliner over zijn lippen glijden wanneer hij zijn nieuwe kerk in Maassluis beschrijft. „Een gebouw voor mensen die God een plaats willen geven in deze tijd. Innovatief, vernieuwend, divers. Want iedereen is anders. Dat individuele helicoptert enorm in deze tijd. Maar hoe modern ook, voor de parochie voelt deze nieuwe kerk als een oude jas.”
Het enorme witte kruis, geplaatst op een achteroverleunende toren, sluit iedere twijfel uit. Dit is een kerk. Een waterig zonnetje streelt aarzelend het witte tentdoek. De wilde wolkenlucht boven het golvende dak geeft het geheel een surrealistisch uiterlijk. Typisch een gebouw waarover alle mensen een mening hebben. De een smaalt over een neergestort vliegtuig. De ander prijst het als hét monument van de 21e eeuw. En in de volksmond heet de kerk ”Sydney aan de Waterweg”, in verband met de gelijkenis die hij vertoont met het bekende operagebouw in het Australische Sydney.Architect M. P. Baauw van Royal Haskoning legt uit hoe hij en medearchitect René Olivier begonnen met de bouw. „Toen we de prijsvraag voor een nieuwe kerk in Maassluis hadden geaccepteerd, gingen we niet tekenen, maar bouwen. Het moest een geleed gebouw worden. Zuinig in de exploitatie. Open, transparant, diffuus. We bedachten een dak van over elkaar vallende bladeren. Een tent. Maar wel met een toren en daarop een kruis, want het moest echt als kerk herkenbaar zijn.”
Baauw is trots op de kerk. Hoewel, de bouw is beslist niet vlekkeloos verlopen. „We hebben het vernieuwende concept en het werken met deze vorm van dakbedekking zwaar onderschat”, geeft hij toe. Gaandeweg het ontwerpproces werd pas besloten om een dak van een bijzondere membraantechniek toe te passen. De membranen -een soort zeildoek- omspannen het staalskelet. Mooi op de ontwerptafel, maar in de praktijk lastig te realiseren. Maandenlang stond het stalen skelet op de bouwplaats. Voorbijgangers spotten met de nieuw te bouwen kerk. „Ze noemden het een klimrek”, weet de pastoor. „Maar ik heb steeds gezegd: Kijk er nog maar goed naar, want straks, als het dak geplaatst is, zie je niets meer van die buizen.”
Warme kleuren
Volgens Baauw is het interieur opvallend licht, zonder dat er erg veel ramen zijn. De gebogen dakdelen die in hoogte verschillen, laten ruimte voor twee smalle ramen. Aan de ene kant zitten er in het glas warme kleuren: geel en rood. Aan de andere kant overheersen het koele paars en blauw. „En toch is het hier niet rood of blauw, het is gewoon licht”, constateert Baauw.
Volgens de pastoor was de rooms-katholieke liturgie de eigenlijke opdrachtgever van de bouw. „We hebben het dan over tradities van eeuwen die wereldwijd in onze kerk gedeeld worden. Daar kun je niet zomaar wat mee aanrommelen.”
Hij wijst. „Let op de as. Aan de ene kant de lezenaar met daarop het Woord, aan de andere kant de altaartafel. Woord en Tafel. Dat zijn de hoogtepunten in de erediensten. En daaromheen geschaard de banken. Mensen kijken elkaar aan, vormen een gemeente. Veel oude kerken zijn langgerekte gebouwen met in de verte een koor met het hoogaltaar. Begrijpelijk, we zijn als gemeente onderweg naar een doel. Er is een perspectief. Maar in de Reformatie hadden ze al begrepen dat een gemeente ook een gemeenschap is.”
In het verlengde van de as waarop doopvont, lezenaar en altaartafel zijn geplaatst, is er als afsluiting een groot raam waarin de eerste verzen van Johannes 1 zijn gegraveerd. „In den beginne was het Woord…”
Vierhonderd mensen kunnen een plaatsje vinden in de kerkzaal. Als het in de kerk stil is, klinkt buiten het geraas van passerende auto’s. De pastoor: „We leven als kerk niet op een eiland. En zondags is het veel stiller.”
Opgetogen is hij over de onverwacht goede akoestiek. „De parochianen zingen veel gemakkelijker mee dan in de oude kerk. En dat zegt wat voor katholieken, die zijn niet zo meezingerig.”
Kostprijs
Even hapert de woordenstroom als gevraagd wordt naar de uiteindelijke kostprijs van dit gebouw. „Ongeveer 2 miljoen euro. Het oorspronkelijke budget was ongeveer 1 miljoen gulden, dus de last van dit gebouw drukt de parochie best wel zwaar”, aldus pastoor Van Klaveren.
Maar de reacties van de parochianen zijn over het algemeen positief. „Je kunt het mooi of lelijk vinden. Maar hoe dan ook: dit gebouw werkt. Het bruist van de activiteiten. En het is echt niet zo dat deze kerk het speeltje is van pastoor Van Klaveren die zo nodig een nieuwe kerk wilde hebben. Nee, er is op een gemeentebijeenkomst bewust gekozen voor een innovatief ontwerp. We willen niet terugroeien, maar vooruit.”
Architect Baauw: „Dit is het enige permanente, klimaatscheidende gebouw in Nederland dat van dit materiaal is gebouwd. Klimaatscheidend wil zeggen dat het binnen warm moet kunnen zijn, terwijl het buiten koud is.”