Dat stelt ds. J. G. Offringa, voorzitter van Op Goed Gerucht (OGG), een beweging van predikanten in de Protestantse Kerk, in een artikel in het deze week verschenen nummer van Woord & Dienst.„Volgend voorjaar neemt Bas Plaisier afscheid en komt er een nieuwe scriba”, aldus ds. Offringa in het artikel. „Maar er is nog niets bekend over de gang van zaken rond de opvolging. Voor je het weet wordt de synode weer voor het blok gezet, net als bij de komst van De Fijter als preses (van de synode). Kerkordelijk zal het wel kloppen, maar ondoorzichtig bleef het”, meent ds. Offringa.

Vanuit de OGG-stuurgroep geeft ds. Offringa, predikant van de protestantse gemeente in Kesteren, in Woord & Dienst een paar schoten voor de boeg. Zo moet volgens hem de synode aandringen op een heldere procedure, een duidelijke profielschets, openheid van het begin tot het einde, geen achterkamertjesbenoeming maar een open sollicitatie en een duidelijke visie op leiderschap in de PKN.

Ook moet de nieuwe scriba volgens hem „een fris gezicht naar buiten kunnen tonen” en goed kunnen omgaan met de media.

Onder andere de kerkelijke reactie op het rapport God in Nederland schoot Op Goed Gerucht in het verkeerde keelgat. „Die reactie was schutterig, veel te defensief, gebrekkig in de analyse. Eigenlijk was de reactie: dan gaan we Jezus Christus nog eens extra verkondigen. Er is meer over te zeggen”, meent ds. Offringa.

Als het aan Op Goed Gerucht ligt, komen er twee scriba’s, een voor de organisatorische, beleidsmatige kant en een gericht op geestelijk leiderschap. „De functie is te groot voor één persoon. Kijk maar naar wat er misging rond de ledenadministratie, de hbo-predikant.”

Een extra scriba zou ook „theologische denkkracht” kunnen organiseren: een pool van theologen die de kerk kunnen voeden met doordachte reacties op de actualiteit. Samen met de preses van de synode kan de PKN dan toegroeien naar een sterk en inspirerend driekoppig leiderschap, meent Op Goed Gerucht.