„Niet elke gemeente zijn eigen CO2-doelstelling”
DEN HAAG - Het is een slechte zaak wanneer elke gemeente afzonderlijk een eigen CO2-doelstelling formuleert en die vervolgens vertaalt in regels voor het midden- en kleinbedrijf (mkb). „Dan belanden we in een ratrace.”
Voorzitter Loek Hermans van MKB-Nederland nam maandag op het hoofdkantoor van Shell in Den Haag het eerste exemplaar van het boek ”Leven zonder olie” van de trendwatchers Adjiedj Bakas en Rob Creemers in ontvangst. De kernboodschap van de auteurs is dat het vinden van duurzame alternatieven voor fossiele brandstoffen de hoogste prioriteit verdient.Hermans is van mening dat het midden- en kleinbedrijf die creativiteit in zich heeft, en ook al veel doet. Zo kent de detailhandel een eigen programma voor energiebesparing. „Er wordt in winkels bijvoorbeeld steeds vaker gebruikgemaakt van energiezuinige ledverlichting.”
Het mkb is niet gebaat bij meer lokale regels, aldus Hermans. De Raad van State bepaalde vorige week dat gemeenten supermarkten ertoe mogen verplichten hun koelvakken af te dekken. „Het gaat er niet om of Amsterdam of Rotterdam het eerst CO2-neutraal is, maar dat we landelijk energiebesparingsdoelstellingen formuleren.” Hermans daagde de overheid uit om met regelingen te komen en om goede initiatieven en ideeën te stimuleren. „Meer belasting betalen om langer in de file te staan, is niet het juiste instrument.”
Trendwatcher Rob Creemers deed voor ”Leven zonder olie” in onder meer China inspiratie op. Het immense land overtreft de Verenigde Staten inmiddels als het om CO2-uitstoot gaat. „Als China en India in 2030 evenveel grondstoffen verbruiken als de gemiddelde Nederlander vandaag, dan hebben zij samen alle grondstoffen van de wereld nodig. Per dag komen er in China 14.000 nieuwe auto’s bij.”
De olie raakt op, stelde Creemers. „Voor elke barrel olie die we ontdekken, consumeren we er drie. De mondiale vraag wordt groter dan het aanbod, en dat kan alleen maar leiden tot een hogere olieprijs.” In combinatie met een groeiende wereldbevolking kunnen de gevolgen desastreus zijn. „Als je goedkope olie uit de landbouw wegtrekt, is diezelfde landbouw nog in staat om slechts 2 miljard mensen te voeden.”
Volgens Rein Willems, voormalig topman van Shell Nederland en voorzitter van de Task Force Energietransitie, is het niet zozeer de opdrogende olievoorraad die duurzame alternatieven noodzakelijk maakt. „Er is pas 25 procent verbruikt van wat we nu weten dat er onder de grond zit. Wel neemt het verbruik snel toe.”
De verandering van het klimaat -als gevolg van de broeikasgasuitstoot- is de belangrijkste motor achter de zoektocht naar een duurzamer gebruik van energie, vindt Willems. De mogelijkheden liggen er wat hem betreft. „We blijven olie verbruiken, maar zullen dat schoner doen door CO2 ondergronds op te slaan.” Ook valt er veel winst te behalen met energiebesparing. „Nu al worden er energieneutrale huizen ontworpen. Die technieken zijn nog kostbaar, maar het begin is er.”
De oud-topman van Shell Nederland noemde windenergie op dit moment de goedkoopste alternatieve energiebron. „De politieke tegenstand is echter groot. Niemand wil een windmolen in de achtertuin.”