Een vraag
Ofschoon de meeste mensen dit woord verachten, zijn wij nochtans verzekerd dat de Heere er sommigen heeft die Hij niet wil bedroeven. Onze vrees en droevige gedachten omtrent velen van u willen wij niet verbergen. U heeft te weten en verzekerd te zijn dat wat wij te zeggen hebben door ons niet onbedacht gesproken wordt. Wij hebben wel enige kennis van de toestand van velen van u. Wij willen u nog zeggen dat sommigen die dit Evangelie aan u verkondigd hebben, vertrokken zijn naar een ander gedeelte van de wijngaard. Anderen zelfs naar een andere wereld. Doch ik vraag u: Wat vrucht is er door de dienst van hen allen voortgebracht?
Indien wij opgeroepen werden een getuigenis van u te geven, wat zouden wij dan van u moeten zeggen? Wij zijn bevreesd om onze mond open te doen. O, hoe weinig is dit Evangelie in uw hart gewerkt. Wij zullen nalaten om te zeggen dat wij diepe indrukken hebben in onszelf aangaande u. Maar wij willen dat u acht geeft hoe de zaken ervoor staan tussen God en u.Laten wij ootmoedig aan u vragen: Waar is er iemand onder ons die waarlijk naar dit Evangelie wandelt?
James Durham, predikant te Glasgow (”Het merg des evangeliums”, 1752)
