Piazza van de twaalf apostelen, heet het plein in Rome waar de Italiaanse tak van de Evangelische Alliantie zaterdag een manifestatie hield. De standbeelden van de apostelen op de gevel van de gelijknamige kerk keken streng toe hoe voor het eerst in acht jaar de evangelische christenen de straat op gingen.Ze laten zelden van zich horen, ook al maken de evangelischen naar eigen zeggen ongeveer 0,007 procent van de bevolking uit, en groeien ze sterk in aantal. De Italianen zullen er, op een toevallige passant na, weinig van hebben meegekregen. In de media heerste grote stilte. Zelfs het nationale persbureau ANSA, dat normaal gesproken voor elk wissewasje uitrukt, besteedde er zelfs geen regeltje aan.

Met de manifestatie protesteerden de evangelischen tegen het gebrek aan godsdienstvrijheid dat er volgens hen in Italië is. „De rooms-katholieken zijn van de eerste klasse, andere door de overheid erkende religies zijn van de tweede en wij worden behandeld als van de derde klasse”, zegt Roberto Mazzeschi, president van de Italiaanse afdeling van de Evangelische Alliantie.

Hoewel in Italië sinds 1984 staat en kerk gescheiden zijn, is de positie van de Rooms-Katholieke Kerk nog oppermachtig, vindt hij.

Zo verzorgen de roomsen het godsdienstonderwijs in het openbaar onderwijs. En zo zijn maar zeven genootschappen -waaronder de lutheranen en de waldenzen- erkend door de regering en komen alleen zij in aanmerking voor de lucratieve belastingmaatregel waarbij elke Italiaan een acht duizendste van zijn aangifte aftrekt en mag schenken aan een van de zeven kerkgenootschappen. Voor wie geen keuze maakt, gaat het geld gaat automatisch naar de Rooms-Katholieke Kerk. Ook zijn nog steeds enkele bepalingen uit de Verdragen van Lateranen uit 1929 van kracht, waarbij niet-rooms-katholieke genootschappen worden achtergesteld.

Weliswaar ligt er momenteel een wetsvoorstel op de regeringstafel die de godsdienstvrijheid voor religieuze genootschappen moet vergroten, maar de opstellers van de wet willen die vrijheid alleen toekennen aan juridische rechtspersonen. Daarmee zouden de ’los’ georganiseerde evangelischen buiten de boot vallen.

„Mogelijk is de wet zo geformuleerd om het de islam niet te gemakkelijk te maken”, zegt de bont uitgedoste 41-jarige Corrado Simonetti. Hij is met zijn vrouw en drie kinderen uit Zuid-Italië gekomen. „Maar waarom worden wij dan ook gestraft? Het kaf moet van het koren worden gescheiden.”