Ambtenaar irriteert enquêtecommissie
Secretaris-generaal Pans van het ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft bij de parlementaire enquêtecommissie bouwnijverheid irritatie opgeroepen. Pans vindt dat zijn collega topambtenaar Kieft ook door de commissie gehoord moet worden. Commissievoorzitter Vos: „Wij maken zelf uit wie we horen en wie niet.”
Pans, die donderdagmiddag in het openbaar gehoord werd, schreef de enquêtecommissie eerder deze week een brief. Daarin vroeg hij de commissie ook topambtenaar Kieft, werkzaam bij Rijkswaterstaat, te horen. Volgens Pans is dat nodig omdat Kieft er in een eerder openbaar verhoor van beschuldigd werd onder één hoedje te hebben gespeeld met aannemers. Kieft zou dit meer dan tien jaar geleden gedaan hebben, toen hij nog bij Rijkswaterstaat Noord-Holland werkte. Volgens Pans moet hij de kans krijgen ten overstaan van de commissie-Vos zijn naam te zuiveren.
Helemaal mis, vindt commissievoorzitter Vos. „Wij maken zelf uit wie we horen en wie niet. Daar hoeft Pans zich niet mee te bemoeien. Natuurlijk worden er in de openbare verhoren allerlei beweringen gedaan en diverse namen genoemd. Maar dat kan niet betekenen dat wij verplicht zijn al die personen in het openbaar hun zegje te laten doen. En waarom noemt Pans trouwens alléén Kieft? Dat vind ik heel selectief. Er zijn in de verhoren toch veel meer ambtenaren bij naam genoemd?”
Vos wijst erop dat het voor elke burger mogelijk is relevante informatie schriftelijk aan de commissie te doen toekomen. „Daar nemen we gewetensvol kennis van.”
Waar Pans een veeg uit de pan kreeg, kreeg ambtenaar Van der Zande een aai over zijn bol. „Voor hem hebben wij grote waardering.” Van der Zande verscheen donderdag als functionerend ambtenaar van Rijkswaterstaat Noord-Holland voor de enquêtecommissie. Hij sprak daar over allerlei misstanden die hij bij collega’s en superieuren had geconstateerd. Vos: „Die man moet morgen weer gewoon naar zijn werk. Dat is natuurlijk geen kleinigheid.”