De predikant van de christelijke gereformeerde kerk te Rotterdam-Alexanderpolder sprak op een conferentie van de Vereniging van Regionale Christelijke Gereformeerde Studiekringen (VCGS). Het thema voor de conferentie was ”Nieuwe media en een oude kerk”.De kerk is in deze tijd sterk geverbaliseerd, gaf de predikant aan. „Immers, het geloof is uit het gehoor, zo zeggen we vaak. En inderdaad geeft het woord de hoofdweg aan. Maar het geloof is ook uit het aanschouwen en het tasten. Kijk maar naar de wijzen uit het Oosten en naar Thomas. God drukt zich ten eerste uit in de schepping, daarna in Zijn Woord.”

Toen de predikant in 2000 begon met een eigen website waarop mensen onder andere vragen konden stellen, liep het in korte tijd storm. „Het regende vragen, met name op het gebied van relaties en seksualiteit.” Ook kwamen er vragen over geloof.

Om mensen te kunnen helpen is het volgens de predikant belangrijk vertrouwen uit te stralen. „Mensen willen levensverhalen horen. Zich identificeren met echte, herkenbare personen.” Het middel en de boodschap moeten met elkaar versmelten. „Dat is net als bij de Heere Jezus. Hij straalde een boodschap uit en Hij was ook het middel. De nieuwe media zijn allemaal beperkte middelen. Daar moeten we niet ons heil van verwachten. Dat verwachten we van de Heere Jezus.”

„Glas-in-loodramen, iconen en altaarstukken zijn met de Reformatie verdwenen”, aldus de predikant. „Ze zijn het ook niet, maar ze helpen je wel in de bezinning. Met de nieuwe media krijgen we een nieuwe kans. De Bijbel is ook een beeldend boek. Visioenen, gelijkenissen - en denk eens aan de psalmen. Ze zijn zo krachtig door het vele gebruik van beelden. God is Heer over natuur en cultuur, over beeld en geluid en over media en mogelijkheden”, aldus de Rotterdamse predikant.

Drs. J. Noorlandt, docent communicatie aan de Christelijke Hogeschool Ede, gaf aan dat het van belang is je te realiseren dat een kerk ook zonder nieuwe media kan bestaan. Toch geldt dat de kerken de nieuwe media sowieso al hebben binnengehaald met bijvoorbeeld een kerkblad.

De docent riep ertoe op dankbaar te zijn voor de mogelijkheden van bijvoorbeeld internet. „Het is niet alleen iets vreselijks, er zitten ook goede dingen aan.” Noorlandt kwam met een lijst van 101 tips voor kerken om met nieuwe media om te gaan, met als samenvatting: „Ga niet iets heel nieuws verzinnen, maar gebruik wat je al hebt. Wees creatiever en anticipeer meer.”

Volgens de docent is het door het gebruik van de nieuwe media bijvoorbeeld mogelijk jongeren te bereiken via sms, omdat dat beter werkt dan via een officiële brief. Andere mogelijkheden zijn het instellen van een ”newsalert” als er aan het begin van de week iets bijzonders gebeurt, het opzetten van een digitale gemeentegids en het gebruiken van de technische middelen om een chronisch ziek gemeentelid meer bij de gemeente te betrekken.

Ook gaf hij voorbeelden van het gebruik van een beamer. „Er zijn veel mogelijkheden. Gebruik hem niet alleen ter ondersteuning van de preek, maar laat bijvoorbeeld onder tijdens de collecte zien waarvoor er gecollecteerd wordt. Een be-amer weet door een beamer nog beter wat hij beaamt.”

Dr. ir. J. van der Stoep, directeur Instituut voor Cultuur Ethiek (ICE), gaf de derde lezing op de conferentie. Een reformatorische manier van denken is dat het om het alledaagse, het volle leven gaat, gaf hij aan. „We moeten niet denken: nu gaan we allemaal oude structuren koste wat het kost vasthouden, maar de vraag is: wat is het wezenlijke van een gemeente en hoe kunnen we bepaalde nieuwe media inzetten? Het is heel belangrijk om vast te houden dat het altijd gaat om de lokale, de plaatselijke gemeente. Bij het bouwen van websites moet de plaatselijke gemeente centraal staan. Wat wil je bereiken? Laat dat de norm zijn en niet de media.””