Zes Chinese kerkleiders gaan vrijuit
PEKING - Zes Chinese kerkleiders die op 29 juli werden gearresteerd, worden niet verder vervolgd. Er is onvoldoende bewijsmateriaal. Dat heeft justitie in de provincie Shejiang besloten. De geheime dienst stelt wel een nieuw onderzoek in.
Dat maakte de Amerikaanse christelijke mensenrechtenorganisatie China Aid Association (CAA) bekend. De kerkleiders werden ervan beschuldigd dat zij anderen „aanmoedigen de wet te overtreden.” De aanklager acht de aangedragen bewijzen niet voldoende en heeft de zaak aan de geheime dienst teruggegeven. Deze moet meer bewijsstukken verzamelen.De arrestatie was opmerkelijk, omdat de kerkleiders en de geheime dienst in augustus 2004 een overeenkomst hadden gesloten. Deze kwam tot stand nadat destijds een evangelisatiebijeenkomst in de openlucht was onderbroken door de geheime dienst. De kerkleiders en de geheime dienst maakten vervolgens de afspraak dat de geheime dienst het onderzoek naar de activiteiten van christenen zou stopzetten als de dezen niet langer dergelijke bijeenkomsten zouden organiseren. Deze afspraak werd vastgelegd op video.
De arrestatie op 29 juli kwam dan ook onverwacht. Toen de kerkleiders werden opgepakt, verzochten zij de militaire politie het kerkgebouw te verlaten. Ook drongen zij er bij de aanwezigen op aan snel te vertrekken. Daardoor bleef een confrontatie uit.
Volgens deskundigen zal de zaak in het gunstigste geval definitief worden geschrapt wegens gebrek aan bewijsmateriaal. Bob Fu, voorzitter van China Aid Association, uit zijn bezorgdheid over het feit dat de geheime dienst zich niet aan de overeenkomst houdt. „Op lange termijn zal de lokale overheid het vertrouwen van duizenden christenen verliezen”, aldus Fu.