O, geliefden, die nu tot dat kleine hoopje van de rechtvaardigen behoren, die afgezonderd van de wereld leven, die hier al leven voor het Lam. U, die hier in een wettige strijd de wereld en de zonde al overwonnen hebt, o kom, kom, hef uw hoofden eens op in de verwachting der dingen die voor u zijn weggelegd.Is de aarde voor u wat eng? Zie eens wat er een schone hemel voor u is bereid. Bent u hier een klein hoopje en leeft u dikwijls als een eenzame mus op het dak? Daar zult u onder een grote schare leven die niemand tellen kan. Moet u hier dikwijls in een armoedig kleed op de aarde wandelen, daar zult u lange witte klederen dragen. Leeft u hier onder veel strijd? Ziedaar, de palmtakken zijn in de hemel al gereed. De tijd dat u boven alle gebrek en strijd zult leven, nadert haast.

Het is de tijd van de Koning, het feest van de kroning en het eind van de strijd.

Abraham Hellenbroek, predikant te Rotterdam (”Bijbelse Keurstoffen”, 1734)