Kerk & religie

Bezwaar tegen ‘homobesluit’ aangetekend

Diverse hervormde kerkenraden hebben bij de generale commissie voor de behandeling van bezwaren en geschillen (GCBG) bezwaar aangetekend tegen het zogenoemde ’homobesluit’. Hoeveel brieven er zijn verstuurd naar aanleiding van het omstreden synodebesluit is niet duidelijk.

Kerkredactie
16 July 2002 08:40Gewijzigd op 13 November 2020 23:41

De afdeling communicatie van de SoW-kerken bevestigt dat er een aantal reacties is binnengekomen. „Maar ik kan geen cijfers geven”, deelt de woordvoerster mee. Het moderamen wil op dit moment geen commentaar geven. „We wachten totdat de conclusies van de generale commissie komen.” Als de commissie zou vinden dat de hervormde synode een verkeerd besluit heeft genomen, wordt dat bekendgemaakt, aldus de voorlichtster.

De hervormde synode stemde er op 14 juni mee in dat in de toekomstige verenigde kerk homorelaties kunnen worden gezegend in gemeenten die daarvoor kiezen. De hervormde synode stelde toen, in navolging van de triosynode, de ordinantie over de eredienst van de kerkorde van de toekomstige verenigde kerk vast. Ordinantie 5.4 maakt het mogelijk dat andere levensverbintenissen dan het huwelijk worden gezegend. Hiertoe behoren homorelaties. De stemverhouding was 40-33. De termijn van dertig dagen waarbinnen bezwaar kon worden gemaakt bij de kerkelijke rechter, verstreek afgelopen weekeinde.

Enkele weken geleden werd in ”de Waarheidsvriend” gewezen op de mogelijkheid een bezwaar in te dienen. Drs. P. J. Vergunst, algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond, weet niet hoeveel kerkenraden daarop zijn ingegaan. „Van een kleine tien weet ik het zeker.” Het kunnen er volgens hem echter best meer zijn, omdat niet iedereen laat weten wat hij gaat doen. Vergunst noemt geen namen, maar zegt dat de bezwaren „uit de breedte van de hervormd-gereformeerde gemeenten” komen.

De kerkenraad van Staphorst is een van degene die bezwaar hebben aangetekend tegen het synodebesluit. „Het gaat ons”, schrijven ds. Tj. de Jong en scriba H. Huls, „daarbij om de exclusiviteit van het huwelijk als levensverbintenis tussen één man en één vrouw en dat op grond van Gods Woord; het woord huwelijk dient daar dan ook voor gereserveerd te blijven en de kerk dient zich, in haar orde en belijden en leven te onthouden van enige goedkeuring van of medewerking aan alternatieven, al dan niet op voet van gelijkheid met het huwelijk.”

De kerkenraad tekent hierbij onder andere aan dat de besluitvorming van de synode in strijd is met de huidige kerkorde van de Hervormde Kerk, die heeft te weren al wat haar belijden weerspreekt. „Onze synode mag geen beslissing nemen die tegen de kerkorde ingaat. Deze kerkorde gaat terecht uit van Schrift en Belijdenis.”

Het huidige gedoogbeleid is vierkant in strijd met de kerkorde en de besluitvorming ter synode gaat nu legaliseren wat thans verkeerde en zondige praktijk is, schrijft de kerkenraad. „Ook al zijn besluiten kerkordelijk en formeel langs de juiste procedure geschied, dan zijn ze nog onkerkordelijk omdat ze tegen de grondslag van de kerk ingaan.”

Verder stelt de kerkenraad dat het huwelijksformulier uitdrukkelijk andere taal spreekt dan de besluitvorming ter synode. Hij voert ook aan dat de besluitvorming ingaat tegen de belijdenis der kerk en de Heilige Schrift.

De kerkenraad van Oude-Tonge heeft zijn bezwaar toegespitst op het feit dat de synode de kerkenraad in zijn belang heeft geschaad, deelt ds. A. van Lingen desgevraagd mee. „Als kerkenraad zijn wij geroepen om mee te denken over het geheel van de kerk. Wij doen dit door afgevaardigden te sturen naar de classicale vergadering om te spreken op grond van Gods Woord. Dat kunnen wij niet als in de kerkorde een clausule is opgenomen waaruit blijkt dat Gods Woord niet het laatste woord heeft. Zelfs in de kerkorde staan dingen die daartegen ingaan. De synode mag zoiets niet in de kerkorde opnemen.” De kerkenraad schrijft „helaas met droefheid te moeten constateren, dat er nu een kerk gebouwd wordt waar niet het Woord, maar de mening van de moderne cultuur het gezag heeft.”

De predikant tekent aan dat de bezwaren vooral kerkjuridisch ingekleed moesten worden. „De generale commissie toetst synodebesluiten niet op grond van een bepaalde exegese, maar op grond van de kerkorde.” Dat betekent dat je moet proberen iets te vinden dat volgens de kerkorde onmogelijk is, legt ds. Van Lingen uit.

Ds. W. van den Hul uit Rockanje zit op hetzelfde spoor. Ook zijn kerkenraad tekende bezwaar aan en richtte zich vooral op de kerkordelijke kant. Hij betoogt onder andere dat door de stemming op de hervormde synode artikel XXI (over het huwelijk) van de hervormde kerkorde onderuit is gehaald.

Verder stelt de kerkenraad dat elke hervormde predikant ooit zijn jawoord heeft gegeven op de vraag: „Zijt gij bereid u te onderwerpen aan de regelen in de orde der kerk voor haar apostolaat en belijden, haar leven en werken gesteld?” „Elke predikant is daaraan gehouden, tot in de vergadering van de synode toe”, zegt ds. Van den Hul. „Op grond hiervan is het een onmogelijkheid dat een predikant van de Hervormde Kerk in een hervormde ambtelijke vergadering voor de aanvaarding van ordinantie 5.4 van de conceptkerkorde stemt.”

Ook stelt de kerkenraad van Rockanje dat een hervormde predikant die van harte artikel X van de kerkorde serieus neemt en als zodanig wil staan „in gemeenschap met de belijdenis der vaderen”, door aanvaarding van ordinantie 5.4 in zijn werkelijke belang en in zijn kerkelijke verantwoordelijkheid wordt getroffen. „Wordt de SoW-kerk een feit, dan wordt zo’n hervormde predikant naar de nieuwe kerk meegenomen en is hij tegen zijn wil ontrouw geworden aan zijn eenmaal gegeven jawoord.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer