Paus corrigeert zichzelf inzake rede Auschwitz
VATICAANSTAD - In een zeldzame vorm van zelfcorrectie is paus Benedictus XVI woensdag ingegaan op de kritiek op de rede die hij zondag hield in het concentratiekamp Auschwitz. Hij noemde daarin het antisemitisme en de 6 miljoen Joodse slachtoffers niet.
„In het concentratiekamp Auschwitz-Birkenau en in andere kampen liet Hitler meer dan 6 miljoen Joden uitroeien. Er stierven ook ongeveer 150.000 Polen en tienduizenden mannen en vrouwen van andere nationaliteiten. (…) Laten we ons niet overgeven aan de verleiding van rassenhaat, die aan de basis staat van de ergste vormen van het antisemitisme.” Het citaat is een onderdeel van de toespraak die de paus woensdag hield tijdens zijn wekelijkse publieke audiëntie op het Sint-Pietersplein.De woorden waren oppervlakkig gezien weinig opzienbarend, maar vormden een duidelijk statement ten opzichte van de rede die Benedictus XVI zondag hield tijdens zijn bezoek aan het concentratiekamp Auschwitz-Birkenau in Polen. Daar hield hij een nogal theologisch betoog, waarbij het leek alsof hij de Holocaust ruimer opvatte dan alleen als massamoord op de Joden. De paus wekte de suggestie de Holocaust ook te beschouwen als een antichristelijke gebeurtenis.
„Door de Joden af te slachten”, sprak Benedictus XVI in Polen, „wilden de architecten van de massamoord God ’doden’, de God van Abraham en van Jezus Christus. Door Israël te vernietigen, wilden de auteurs van deze uitroeiing de wortels van het christelijk geloof uittrekken.” Ook prees de paus twee rooms-katholieke slachtoffers van de Holocaust, waaronder de tot het rooms-katholicisme overgegane Jodin Edith Stein.
„Ik ben perplex en teleurgesteld”, reageerde Abraham Foxman van de Anti-Defamation League, een pro-Israëlische organisatie, maandag in het Italiaanse dagblad La Stampa. „Men kan niet de Shoah veralgemeniseren. Hitler wilde de Joden elimineren, daarvoor bracht hij zijn industriële moordsysteem in werking.”
Foxman was niet de enige. Zelfs in het normaal gesproken pausvriendelijke Italië klonk flinke kritiek. „We moeten nadenken over een paar van de stiltes van de paus”, gaf de krant la Repubblica een steek onder water. Benedictus XVI had zich in Auschwitz namelijk afgevraagd „waarom God gezwegen had.”
Andere critici opperden dat het beter zou zijn geweest zich af te vragen „waarom de paus gezwegen had.” Daarmee werd Pius XII bedoeld, die tijdens de Tweede Wereldoorlog de hoogste kerkleider was. Mogelijk heeft Pius XII in het geheim al het mogelijke gedaan om het lot van de Joden te verzachten, maar het is een feit dat hij in het openbaar heeft gezwegen over de Holocaust.
Benedictus XVI kreeg ook kritiek omdat hij als Duitser niets zei over de schuld van het Duitse volk. Hij veroordeelde ook het antisemitisme niet - het woord kwam niet voor in het betoog. In 2000 sprak Johannes Paulus II wel het ”mea culpa” (letterlijk: aan mij de schuld) van de Rooms-Katholieke Kerk uit over haar rol in het anti-Judaïsme uit het verleden.
Dat Benedictus zichzelf een paar dagen later in Rome zich corrigeerde, is bijzonder. Daaruit blijkt dat de paus zeer hecht aan een goede band met de Joden. Uit zijn gehele levensloop blijkt trouwens dat hij positief staat tegenover dit volk. Desalniettemin voelt Joseph Ratzinger -nu als paus, voorheen als kardinaal- er niet veel voor telkens het mea culpa uit te spreken, zoals zijn voorganger deed. „Het lijkt erop dat het moedige wojtyliaanse seizoen van boetedoening werkelijk voorbij is”, schreef la Repubblica deze week. Bovendien lijkt de paus voor christenen meer en meer de rol van slachtoffer van de nazi’s te willen opeisen.