GG steunen Hebreeuws commentaar
GOUDA - Het deputaatschap Israël van de Gereformeerde Gemeenten is van plan de uitgave van een standaardwerk op het gebied van Bijbelcommentaar of dogmatiek in het Hebreeuws te steunen. Zij bekostigt daartoe gedeeltelijk David Zadok, voormalig ouderling van de Messiasbelijdende gemeente van ds. Baroch Maoz.
Dat maakte J. J. de Jong, algemeen secretaris bij het deputaatschap Israël, gisteren bekend tijdens de studiedag van het deputaatschap Israël, gehouden in Gouda. David Zadok komt binnenkort terug na drie jaar theologiestudie in Amerika.De dag droeg vooral een historisch karakter: de houding van de vroegchristelijke kerk ten opzichte van de Joden. Deputaat ds. W. Silfhout liet een reeks van apostolische vaders en kerkvaders de revue passeren, die zich kritisch en negatief uitlieten over de Joden. De bejegening van de Joden was wel onderscheiden, stelde de predikant. Ze varieerde van fel anti-Joods tot bespottend.
Augustinus was genuanceerder dan andere kerkvaders. „Israël heeft in de theologie van Augustinus niet helemaal afgedaan en is zeker niet degene die verantwoordelijk is voor de vervangingstheologie in de westerse kerk. Hij is zeker niet onverdeeld negatief over Joden, zoals velen denken, al staan zijn negatieve uitspraken wel in spanning met een positieve verwachting voor Israël”, aldus ds. Silfhout.
Liturgie
J. J. de Jong stond stil bij de invloed van het jodendom op de liturgie in de vroegchristelijke kerk. Die invloed blijkt onder meer bij doop door onderdompeling, de gewoonte van schriftlezing, preek en gebed tijdens de eredienst, het gebruik van brood en wijn bij het avondmaal, de handoplegging bij zegeningen of ordinatie, bepaalde gebedspatronen en veelgebruikte woorden in gebed en zang.
De invloed van Joden op de vroege kerk is volgens De Jong interessant omdat een doorgaande beïnvloeding zou betekenen dat de impact van die beïnvloeding nog groter is geweest dan al werd aangenomen. Het beeld van de kerk van het Nieuwe Testament als jongere broeder van het jodendom wordt er door bevestigd.
Messiasbelijdende Joden van deze tijd zijn diep verdeeld over de vraag of het tweede deel van de wet (het verbond met Mozes) door Joden in acht genomen moet worden. Ds. Baruch Maoz stelt dat Joodse christenen, net als alle christenen, vrij zijn van het verbond met Mozes en van de rabbijnse traditie. Velen van zijn volksgenoten zijn het echter met hem oneens.
„Een Messiasbelijdende gemeente mag een eigen karakter hebben, zoals bijvoorbeeld Nigerianen dat hebben, maar er is een grens waar Joodse tradities en ceremonieën het Evangelie verduisteren”, zo gaf De Jong aan als algemene regel. Tijdens een forum werd duidelijk dat de families Dekker en Van Rijssel, respectievelijk door het deputaatschap aangesteld in Israël en Oekraïne, gewoon de zondag houden.
De Joodse feesten zijn aanknopingspunten die vertaald kunnen worden naar de boodschap van het Nieuwe Testament, aldus De Jong. „De studie naar de relatie tussen jodendom en christendom geeft aanknopingspunten voor het getuigend gesprek met Joden. Wat zou er veel gewonnen zijn als duidelijk gemaakt kan worden dat beide religies niet haaks op elkaar staan, maar in elkaars verlengde liggen”, aldus De Jong.
Zijn er lijnen te trekken van de negatieve houding van de kerkvaders naar Luther, Calvijn en de belijdenisgeschriften? Ds. Silfhout zei tijdens de discussie dat Calvijn een veel positievere en Schriftuurlijkere kijk op het jodendom had dan Luther. „Maar de reformatoren hadden -ondanks hun verscheidenheid- toch duidelijke beloften voor het Joodse volk en die zijn later uitgewerkt door de puriteinen. Wij moeten niet doen alsof wij hier het wiel uitvinden. Er zijn er velen vóór ons geweest die positieve verwachtingen voor Israël hebben gehad.”
Werkt de Heere in Israël en Oekraïne? Ds. Silfhout is ervan overtuigd. Hij vertelde van een ontmoeting met een lid van een Messiasbelijdende gemeente in Jeruzalem, een aantal jaren geleden, bij wie hij de droefheid naar God merkte - hoewel velen de vrouw qua uiterlijk zouden afschrijven. „Maar je voelt de gemeenschap der heiligen als je de geluiden van zonde en genade hoort.”
Ds. C. J. Meeuse, voorzitter van het deputaatschap, opende de studiedag met een overdenking over het burgerschap Israëls en de vrede (Efeze 2). „Gelovigen uit de heidenen moeten hun afkomst niet vergeten. Ze komen van een wilde olijfboom en worden Israël ingelijfd. Dit gebeurt wezenlijk als de vijandschap aan het kruis sterft en Christus onze vrede wordt. Waar dat ervaren wordt, is ware eenheid tussen gelovigen uit de Joden en uit de heidenen.”