Dat blijkt uit het jaarverslag van Woord en Daad, dat deze week is gepubliceerd.De inkomsten waren afkomstig van particulieren, scholen en kerken (15,8 miljoen euro), bedrijven (1,9 miljoen euro), subsidiegevers en vermogensfondsen (5,8 miljoen euro) en overige inkomsten (0,3 miljoen euro). De uitgaven aan projecten namen het afgelopen jaar toe met 44 procent tot 22,7 miljoen euro. De organisatiekosten bedroegen 2,1 miljoen euro.

In 2005 werkte Woord en Daad in 22 landen in Afrika, Azië en Midden-Amerika, zo blijkt uit het verslag. Ruim 40.000 kinderen en jongeren en 3500 volwassenen ontvingen christelijk onderwijs, mede door de steun van 29.818 adoptiesponsors. De scholieren ontvingen naast het christelijke onderwijs ook voedsel, kleding en medische zorg.

De ramp die in 2005 de meeste aandacht vergde, was de tsunami in Zuidoost-Azië trof. In totaal is 4.306.107 euro uitgegeven aan noodhulp en wederopbouwprojecten.

Woord en Daad startte in september het jaarprogramma ”Met een beurs op zak, leren voor een vak”. Daardoor ontvingen 2700 jongeren een beroepstraining en begeleiding naar de arbeidsmarkt. Daarnaast kregen wereldwijd 4000 jongeren een studiebeurs voor hoger en universitair onderwijs.