Megaproces was al mislukt experiment
APELDOORN - Met de dood van de Joegoslavische oud-president Slobodan Milosevic is abrupt een eind gekomen aan het meest ambitieuze proces voor het Joegoslaviëtribunaal. Een grotere tegenvaller voor de aanklagers en rechters is niet denkbaar.
Toen in februari 2002 het tijdelijke Joegoslaviëtribunaal de strafzaak tegen Milosevic begon, spraken velen van het ”proces van de eeuw”. Hoofdaanklager Carla Del Ponte opende de zitting met de woorden: „Vandaag zien we internationale gerechtigheid in de praktijk. Om te bewijzen dat niemand boven de wet staat, wordt dit proces gevoerd, in de naam van de Verenigde Naties.” Alles leek erop dat het tribunaal in deze „belangrijkste zaak” zijn bestemming had gevonden. Alle andere processen waren slechts een voorbereiding hierop geweest.Toen het proces echter geen anderhalf jaar duurde, maar uitliep tot uiteindelijk ruim vier jaar, werd het volgens cynische waarnemers al het ”proces van een eeuw”. Niet alleen de ruim twintig onderbrekingen van de zittingen vanwege de gezondheid van de verdachte, maar vooral ook de onbeheersbaarheid van het proces gaven het geheel iets van een klucht. Ook de worsteling van de aanklagers om te bewijzen dat Milosevic persoonlijk verantwoordelijk was voor de oorlogsmisdaden in Kosovo, Kroatië en Bosnië, bracht het imago van het tribunaal grote schade toe.
Door de lange duur was het proces tegen Milosevic -ook los van het overlijden van de verdachte- al door sommige deskundigen voor mislukt verklaard. Strafrecht is namelijk niet louter juridisch van aard. Het heeft ook een emotioneel element van vergelding. Maar zo’n herstel van geschonden recht moet natuurlijk wel binnen een redelijke termijn plaatsvinden.
In de zaak-Milosevic was die uiterste datum duidelijk voorbij. Dit gaf hem de kans uit te groeien tot een martelaar van een westerse samenzwering tegen de Serviërs. Dit voedde, zeker in Servië-Montenegro, tevens de beeldvorming dat de zaak geen zuivere koffie was, omdat de aanklagers niet in staat waren snel overtuigend bewijs te bieden.
Het proces tegen de Joegoslavische oud-president was ook een experiment. Nog nooit eerder stond een voormalig staatshoofd terecht voor (de gevolgen van) zijn beleid. Pogingen om bijvoorbeeld de Chileense oud-legerleider Pinochet te berechten, liepen uit op juridische discussies over de diplomatieke immuniteit van (voormalige) politici.
Er was aanvankelijk veel juridische prestige aan verbonden om Milosevic als eerste staatshoofd een klinkende veroordeling te geven. Maar ook zonder de dood van de oud-president was dit juridische experiment dus eigenlijk al mislukt.
De primeur van het eerste strafproces tegen een staatshoofd valt nu toe aan het speciale tribunaal in Irak, dat een zaak voert tegen oud-president Saddam Hussein. Hoewel men daar bewust sommige fouten van het tijdelijke strafhof in Den Haag probeert te vermijden, is dit proces tot nu toe ook geen toonbeeld van doeltreffendheid. Net als Milosevic krijgt ook Saddam hier hier veel ruimte zichzelf schoon te pleiten.
„Dit proces wordt de politieke dood van het tribunaal”, zei de woordvoerder van het Internationaal Comité ter Verdediging van Milosevic (ICDSM), Nico Varkevisser, bij het begin van het proces in deze krant. Hoewel wat ruig uitgedrukt, is dit achteraf een verbazend rake voorspelling.
Een jaar later zei hij dat het tribunaal probeerde Milosevic „af te maken.” „Hij krijgt nauwelijks te eten en raakt uitgeput. Zo probeert men hem te breken.” Onder Milosevic’ politieke vrienden in Servië werd de afgelopen dagen hetzelfde gezegd. Maar het is echter de vraag of dit klopt. Juist omdat het tribunaal er groot belang bij had het proces tot een goed eind te brengen, heeft men er steeds alles aan gedaan om hem in zijn gezondheidproblemen tegemoet te komen.
Het succes van het Joegoslaviëtribunaal is nu alleen nog te redden door processen tegen Mladic en Karadzic. Hoewel de arrestatie van Mladic onlangs ophanden leek, rekenen weinigen erop dat deze processen zullen worden voltooid. Toch werd het tribunaal begin jaren negentig duidelijk niet opgericht om zich te beperken tot politieagenten en militairen. Als in 2008 de deur van het tijdelijke strafhof dichtgaat (en in 2010 de beroepszaken moeten aflopen), gaat de zaak waarschijnlijk als een nachtkaars uit.
De toestand rond het tribunaal zal ook de discussie over internationaal strafrecht bevorderen. Gedurende het proces-Milosevic hebben critici gezegd dat oorlogsmisdadigers beter op nationaal niveau kunnen worden berecht. De verwachting dat internationaal recht hoger en verhevener is dan nationale rechtspraak, is door het Joegoslaviëtribunaal in elk geval niet waargemaakt.