Verlegenheid bij kerkelijke verdeeldheid
MAASSLUIS - Tot Zijn eer, tot onze troost en tot stichting van de gemeente. Daarom heeft ds. J. W. Schoonderwoerd 25 jaar gepreekt, gecatechiseerd, bezoeken afgelegd, vermaand en onderwezen. „Om mensen te bewegen tot het geloof in onze Heere Jezus Christus, want buiten het geloof rest slechts de eeuwige duisternis.”
Ds. Schoonderwoerd is 25 jaar predikant van de Christelijke Gereformeerde Kerken. Op 6 februari 1981 werd hij bevestigd in Soest. In 1996 nam hij het beroep aan naar Maassluis.Hij jubileert in een tijd van kerkelijke neergang, terugloop, onrust, verwarring, kerkverlating, donkerheid, twist en tweedracht. „Maar toen ik in 1981 predikant werd, wist ik al dat de situatie voor de kerk niet rooskleurig was. Het was toen ook al niet aantrekkelijk om predikant te worden. In de jaren zestig heb ik gezien hoe het proces van verwereldlijking begon, met jongeren die geboeid waren door heel andere dingen dan hun verhouding tot God. Dat proces heeft zich in grote snelheid voltrokken. Zeker de laatste jaren spoelen de ontwikkelingen in hoog tempo over ons heen. Preken is geen populaire bezigheid, is dat ook nooit geweest. Ik ben ook geen predikant geworden om populair te zijn, maar om de volle raad Gods te verkondigen, om getrouw te zijn aan mijn opdracht, aan mijn Zender.”
Aan de prediking mogen hoge eisen worden gesteld, zegt ds. Schoonderwoerd. „Een preek moet appellerend zijn, nodigend zijn, onderscheidend en separerend zijn, al naar gelang de tekst dat vraagt. Preken is het Woord van God bedienen, is het Woord van God laten spreken. Daar mogen we niets aan toedoen en niets van afdoen. Tijdens de verkondiging probeer ik dicht bij het Woord te blijven, terwijl je tegelijkertijd niet mag blijven steken in exegese alleen. In elke preek probeer ik ook dicht bij de mensen te komen, hun heel persoonlijk de vraag aan het hart te leggen: Is dit nu bij u ook zo? Ja? Of nee? Is het nee? Dan gaat het niet goed met u. Is het ja, door genade, dan mag er uitzien zijn op het eeuwige geluk. In iedere preek moet de kerkganger kunnen horen hoe het er met hem of haar voorstaat: ken ik de Heere nu wel of niet?”
Wis- en natuurkunde
Aanvankelijk studeerde Schoonderwoerd wis- en natuurkunde in Delft. „Al enkele jaren had ik het besef dat de Heere me riep tot wat anders, tot het predikantschap. Ik heb nog geprobeerd om tegen mezelf te zeggen dat ik me maar wat wijsmaakte, dat ik helemaal geen aanleg had om predikant te worden, want ik ben een echte bètaman. Tegen al die stemmetjes vanbinnen in heb ik geprobeerd mijn studie af te maken, maar het liep helemaal vast. Iedere preek achtervolgde me, elk boek dat ik las, beschuldigde me. Onder een preek van ds. G. Bouw in Scheveningen, over Elia onder de jeneverboom, heb ik de strijd opgegeven. Ik was toen 21 jaar.”
Korte tijd later deed hij in Apeldoorn admissie-examen en werd hij toegelaten tot de studie voor predikant. „De Heere heeft krachtdadig mijn weg omgebogen, me gewillig gemaakt, want zo gewillig was ik niet. Hij was mij te sterk geworden. God had mij overmocht. Sedertdien heb ik nooit meer een wiskundeboek aangeraakt.”
Alle kerkelijke neergang ten spijt: „Ik heb ook mooie dingen zien gebeuren, zowel in Soest als in Maassluis. Er was ook iets van opbouw, iets van groei, bij deze of bij gene. Soms mocht je helder zien: Hé, hier is iets van het werk van de Heere. Daarom wil ik niet versomberen. Je denkt wel eens, om je heen ziende: Waar gaat dit allemaal heen? Waar loopt dit op uit? De wereld gaat achteruit, de samenleving verloedert, raakt ontwricht. De Heere blijft echter zorgen voor Zijn eigen werk, voor Zijn eigen Kerk. De wereld heeft geen toekomst. Gods Koninkrijk wel.”
Eenheid
Een diepgeworteld verlangen van ds. Schoonderwoerd is die naar de eenheid van de kerk. Hij maakt binnen zijn kerkverband deel uit van deputaten eenheid gereformeerde belijders. „We zouden meer bezet moeten zijn met het verlangen om elkaar te zoeken, om elkaars welzijn te dienen. Niet om dan maar direct bij elkaar in de kerk te gaan zitten, of om elkaars synodes samen te voegen, want daarvoor is de kerk in Nederland veel te veel verbrokkeld, maar wel om met elkaar terug te keren naar Schrift en belijdenis.”
Als deputaat eenheid gereformeerde belijders nam de Maassluise predikant deel aan gesprekken met afgevaardigden van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt, van de Gereformeerde Bond binnen de Protestantse Kerk, van de Nederlands Gereformeerde Kerken en van de Gereformeerde Gemeenten. Binnenkort volgen er gesprekken met de Hersteld Nederlandse Hervormde Kerk.
„Het is onze hoge roeping om met elkaar te spreken. Wij belijden toch alle de Drie Formulieren van Enigheid, dan kun je elkaar toch niet langer links laten liggen? We belijden allemaal één Heere en één geloof. Dan mogen we ons niet goedkoop van de verdeeldheid afmaken. Als je elkaar al niet eens meer zou spreken, zou er helemaal geen verwachting meer zijn. In sommige gesprekken is er wat herkenning, soms wordt er een broederhand uitgestoken, maar dan? Hoe moet het daarna? Op zulke momenten ontstaat er allerwegen een groot stuk machteloosheid, een stuk verlegenheid. Er is wel meer begrip gekomen voor elkaars standpunten, maar we blijven allemaal vooral druk met het in stand houden van onze eigen kerkelijke instituten. Ik ben bang geworden van het institutionaliseren van de kerkelijke verscheidenheid.”
Wederkomst
Ds. Schoonderwoerd geloof „heel sterk” dat de wederkomst nabij is. „Dat kan niet lang meer duren, denk ik. Wat wij in onze tijd meemaken aan afval en verval, dat is allemaal voorzegd. Het zijn de tekenen van het naderende einde. De mondiale problemen groeien de mensheid boven het hoofd. De wereld verandert. De ontwikkelingen in wetenschap en techniek volgen elkaar steeds sneller op. Het klimaat verandert. De zeespiegel stijgt. Het voedsel is nauwelijks toereikend voor de gehele wereldbevolking. De aarde wordt een kruitvat. Hij komt, Hij komt. Zullen wij dat nog meemaken? Soms denk ik van wel. We mogen niet peuteren aan Zijn goddelijke besluiten, wel zijn we geroepen om te letten op de tekenen der tijden.”