Zwitserse Garde bewaakt positie in tijd van terreur
VATICAANSTAD (ANP) - De 500 jaar oude Zwitserse Garde mag dan met zijn kleurige uniformen hopeloos ouderwets lijken, het keurkorps van de paus laat zich niet tot een stuk folklore reduceren. De Zwitserse soldaten gelden als modern en efficiënt en willen ook in tijden van terreur hun partij meeblazen in de beveiliging van de paus.
Het korps viert zijn jubileum zondag met een mis in de Sixtijnse Kapel in het Vaticaan. Op die dag in 1506 marcheerden de eerste 150 Zwitserse huurlingen door de Porta del Popolo Rome binnen om de paus te dienen. Paus Julius II had hen ingehuurd om zich te verdedigen tegen zijn vijanden. Zijn oog viel op Zwitsers omdat die bekendstonden als moedige en trouwe militairen.Hun eerste grote test ondergingen ze tijdens de plundering van Rome door Duitse en Spaanse troepen op 6 mei 1527. De 189 Zwitsers boden tot voor het altaar van de Sint Pietersbasiliek weerstand, maar dolven het onderspit. De 42 overlevenden wisten nog wel paus Clemens VII via een geheime gang in de Engelenburcht aan de Tiber in veiligheid te brengen.
Sindsdien is 6 mei de dag waarop nieuwe gardisten worden aangesteld. Nog altijd bestaat de garde geheel uit Zwitserse mannen. Ze moeten roomskatholiek zijn, minstens 1,75 meter lang, niet ouder dan 30 jaar, van goede komaf en een onbesproken gedrag hebben. Ze dienen twee jaar in het korps.
Als het aan commandant Elmar Theodor Mader ligt, komen vrouwen er niet in. „Een gemengd korps zou disciplinaire problemen” met zich meebrengen en bovendien is de kazerne te klein voor gescheiden huisvesting, zei hij vorig jaar.
Sinds 1999 gelden verscherpte toelatingseisen. Kandidaten moeten onder meer een psychologische test ondergaan. De aanleiding daarvoor was het bloedbad dat de 23jarige gardist Cedric Tornay een jaar eerder had aangericht. Hij schoot zijn pasbenoemde commandant Alois Estermann, diens vrouw en zichzelf dood. Tornay zou tot zijn daad zijn gekomen omdat Estermann hem voor een onderscheiding en een promotie had gepasseerd.
Ondanks het streven van Mader om zijn korps zo modern en slagvaardig mogelijk te maken, moet hij toezien hoe de Italiaanse politie in deze tijd van terrorisme steeds vaker de beveiliging van de paus overneemt. Dat gebeurt bijvoorbeeld als de kerkleider zich in Rome onder het volk begeeft of in de Alpen vakantie viert.
Dat zorgt voor rivaliteit tussen de twee korpsen, zei de voormalige Italiaanse politiecommandant Enrico Marinelli in september in het Italiaanse weekblad Panorama. Het gebrek aan coördinatie tussen de Zwitserse Garde en de Italiaanse Carabinieri is met het oog op de terreurdreiging een „ernstig gevaar” voor de veiligheid van paus Benedictus XVI, waarschuwde hij.
