Bij de Auca’s is de moordlust verdwenen
EMMELOORD - Indianen van de Aucastam in Ecuador doodden op 8 januari 1956 vijf Amerikaanse zendelingen met hun speren. Vijftig jaar later blikt Joop Strietman van zendingsorganisatie Operatie Mobilisatie Nederland (OM) terug op een ontmoeting met een van de moordenaars, in 2000 in Amsterdam.
Foto’s in het boek ”Vijf kruisen in de jungle”, geschreven door de weduwe van zendeling Jim Elliot, tonen de jonge mannen die in hun leven maar één doel voor ogen hadden: Auca-indianen bekendmaken met het Evangelie. Bij een eerdere toenaderingspoging, eeuwen daarvoor, was een zendeling met speren doorstoken. Drie medewerkers van de Shell Oil Company overkwam in 1942 hetzelfde.Maar de zendelingen, zo vermeldt het boek, konden niet gelukkig zijn zolang de Auca’s in duisternis leefden. Pete Fleming schreef in zijn dagboek: „Het is een moeilijk en ernstig probleem: een onbereikbaar volk dat met de felste haat moordt en doodt. Ik kan het niet van mij afzetten. God wil van mij dat ik daar iets aan doe.”
De zendelingen wisten wat het kon betekenden als ze het Aucagebied in het oerwoud zouden betreden. Zendeling Jim Elliot zei daarover: „Wanneer God het zo wil, ben ik bereid voor de verlossing van de Auca’s te sterven.” Als student schreef hij: „Geen dwaas is hij die geeft wat hij niet kan houden om te winnen wat hij niet kan verliezen.”
Met behulp van het luchttransport van MAF (Mission Aviation Fellowship) proberen de mannen het vertrouwen van de Auca’s te winnen. Aluminium pannen, kralen en kleding deponeren ze via een ingenieus systeem vanuit het vliegtuig op de grond. De indianen lijken enthousiast. Soms binden ze een cadeau vast aan de lijn. Een verentooi of een papegaai.
Door een microfoon roepen de zendelingen zinnen in de Aucataal naar beneden: „Wij houden van u” of „Wij komen bij u op bezoek.”
Kruisen
”Operatie Auca” bereikt een hoogtepunt als de vijf, Jim Elliot, Nate Saint, Roger Yuoderian, Ed McCully en Pete Fleming, een hut bouwen op een zandbank in het Aucagebied. Vlak voor hun vertrek zingen ze: „Ik bouw op U, mijn Schild en mijn verlosser, Gij voert de strijd, de huld’ is U gewijd. In ’t laatste uur zal ’k zegevierend ingaan. In rust met U, Die mij hebt voortgeleid.”
Na enkele spannende dagen bivakkeren op het strandje vertonen zich drie Auca’s. Twee vrouwen en één man. Er is gebrekkige communicatie. De vijf demonstreren elastiekjes, ballonnen en een jojo en ze serveren limonade en hamburgers met mosterd. ’s Nachts verdwijnen de bezoekers weer. De zendelingen verlangen naar een volgend bezoek en naar een uitnodiging van de indianen. De volgende dag komt er inderdaad een groep Auca’s naar de kampeerplaats op het strandje Maar niet met vriendelijke bedoelingen.
Met speren doden ze de zendelingen. De weduwen wachten tevergeefs op radiocontact. In de daaropvolgende dagen worden de mannen gevonden. Op het strand verrijzen vijf kruisen.
Joop Strietman, voormalig directeur van OM en nu verantwoordelijk voor de training op OM-schepen, ontmoette „veel mensen” die met de ontstellende gebeurtenissen in het oerwoud te maken hadden. Onder hen was ook een man die in de dagen na de moord meedeed aan de zoektocht naar de vijf zendelingen. Strietman: „Ze werden gevonden, sommigen half opgegeten door piranha’s. Hij heeft ze begraven. Het graf is er niet meer, weggespoeld bij hoog water.”
De voorman van Operatie Mobilisatie ontmoette iemand die met Jim Elliot op de Bijbelschool had gezeten. Elizabeth Elliot, de weduwe van Jim Elliot, sprak op een conferentie van Operatie Mobilisatie. De kleindochter van Roger Yuoderian werkt op dit moment bij de organisatie.
De zus van een van de mannen, Rachel Saint, leert na de dood van haar broer Nate de Aucataal. Opnieuw worden er geschenken bij de indianen afgeworpen. Later komen enkele indianenvrouwen naar Elizabeth Elliot op de zendingspost in Shandia, buiten het Aucagebied. Via deze indianen komen de vrouwen in contact met de stam. Rachel Saint zei hierover: „Na het welkom dat ze hem gaven, wist ik wat ik kon verwachten.” MAF-piloot Jan Zwart vliegt haar naar de Auca’s. Ze stelt hun taal op schrift en vertaalt de Bijbel. Elizabeth Elliot is een jaar bij haar.
Rachel Saint heeft met de Auca’s gepraat over het motief van de moord. Ze noemden twee redenen, zegt Strietman. „Een van de Aucamannen zat niet lekker in zijn vel en wilde zich bewijzen. En de indianen hadden argwaan omdat de zendelingen geen vrouwen bij zich hadden. Hieruit concludeerden ze dat de mannen op oorlogspad moesten zijn. Waren de Amerikanen als echtparen gegaan, dan was de moord wellicht voorkomen.”
Wie nu bij de Auca’s op bezoek gaat, weet Strietman, bemerkt dat de moordlust is verdwenen. „Velen zijn ”Godvolgers” geworden.” Een van hen is de Auca Minkaye.
Herinnering
Vijftig jaar geleden bracht Minkaye samen met anderen de vijf boodschappers om het leven. Nu is Minkaye oudste in de Aucakerk in het oerwoud van Ecuador.
Strietman: „Hij heeft het nog altijd moeilijk met de gebeurtenissen uit 1956. De indiaan zei daarover: „Mijn voorouders leefden met haat. Ze doodden elkaar. Ze kenden geen betere weg. We doodden anderen met onze speren. Vreemdelingen, maar ook onze eigen mensen. We kenden toen Gods pad nog niet.” Verder zei hij niet te weten wat de mannen wilden komen doen toen hij ze om het leven bracht.
De Auca’s ontvingen een uitnodiging voor het wereldevangelisatiecongres Lausanne in 1970. Het was Minkayes eerste contact met de wereld buiten het Aucagebied. Zes jaar geleden was hij in de Nederlandse hoofdstad voor het evangelistencongres Amsterdam 2000. Strietman ontmoette hem daar. „De zachtmoedigheid en de liefde van Jezus stond in zijn ogen te lezen. Een veranderde moordenaar. Prachtig.”
De moord drukt dan nog zwaar op het geweten van de indiaan. De congresleider vroeg aan de aanwezige evangelisten afkomstig uit de hele wereld: „Wie van jullie heeft in zijn leven inspiratie ontvangen uit het verhaal van de vijf zendelingen, of bij wie is het zelfs aanleiding geweest om het Evangelie te gaan verspreiden?” Strietman, met klem: „Héél véél mensen gingen staan.”
Minkaye begon te huilen. „Hij besefte dat het kwaad wat hij gedaan had, door God was gebruikt om er veel goeds mee te doen.”