Witte hoogtes met zicht op vierduizenders

Voor velen lijkt het een must te zijn: een weekje naar de sneeuw. Anderen blijven nuchter onder die ogenschijnlijke verworvenheid en geven niet toe aan de verlokkingen van het witte hellende vlak. Toch kunnen een paar dagen sneeuw –mits zorgvuldig besteed– een zuiverende uitwerking hebben op lijf en leden. Bovendien blijkt het een geestverruimend instrument. Het is maar net waar je heengaat en wat je doet, wilt en zoekt.

Door Marie van Beijnum
16 November 2001 13:44Gewijzigd op 13 November 2020 23:16
LEUKERBAD – Een weekje naar de sneeuw is goed voor lijf en leden. Bovendien is het een geestverruimend instrument. Zwitserland is altijd bij uitstek een land van de wintervakantie geweest. - Foto RD
LEUKERBAD – Een weekje naar de sneeuw is goed voor lijf en leden. Bovendien is het een geestverruimend instrument. Zwitserland is altijd bij uitstek een land van de wintervakantie geweest. - Foto RD

Zwitserland is altijd bij uitstek het land van de wintervakantie geweest. Het heeft gemiddeld van Kerst tot Pasen meer te bieden dan sneeuw alleen: rust en prachtige vergezichten, ontspanning in de kuurbaden. Toch hebben de sportieve en modieuze activiteiten wel veel met het witte goed te maken: skiën (wat tegenwoordig carven heet), snowboarden, heli-skiën, parapente-vluchten maken, sneeuwfietsen, winterwandelen op sneeuwloopschoenen, sleetje rijden of gewoon wandelen. Het kan allemaal en zeker in Wallis, tot op grote en desgewenst eenzame hoogte toe.

Mondain
Langs de randen van het Rhônedal rijzen bergen op die de sneeuwzoeker veel hebben te bieden. Een tamelijk mondaine plaats is het superchique en dure Crans Montana sur Sierre, dat toegang biedt tot wat men noemt het zonneterras van de Alpen. Vanuit deze plaats gaan vanaf twee dalstations cabines naar boven. Daar gekomen heb je uitzicht op indrukwekkende vierduizenders zoals de Matterhorn, de Weisshorn, de Dente Blanche en de Mont Blanc.

Zowel beginnende als ervaren skiërs en snowboarders komen hier aan hun trekken op 160 kilometer piste. Het voordeel van dit gebied is dat er veel dwarsverbindingen tussen de pistes zijn. De kleuren van de pistes zijn hier zoals gebruikelijk blauw, rood en zwart. Globaal staat dat voor achtereenvolgens gemakkelijk, pittig en moeilijk. Psychologisch schrikt een gebied met alleen zwarte afdalingen af. In de praktijk blijken de zwarte pistes in Zwitserland erg mee te vallen: ze zijn breed en mits goed besneeuwd ook voor de gemiddelde en zelfs de matige skiër goed te doen.

Een wat beslotener en intiemer skibestemming is Anzère, op 1500 meter gelegen. Het plaatsje van enige duizenden inwoners heeft in totaal 7500 bedden ter beschikking. Voor gezinnen met kinderen is het in Anzère allemaal wat overzichtelijker dan in Crans Montana. Je kunt hier op de in totaal 40 kilometer piste niet verdwalen. In Anzère komen meer Nederlandse toeristen dan in Crans Montana.

Leukerbad is echt exclusief, een buitenbeentje. Het dorpje ligt in een kom in een zijtak van het grote Rhônedal met het oprijzende Gemmi-massief rondom. Leukerbad is een oud Romeins plaatsje en wie zichzelf extra wil verwennen, kan verpozen in een van de thermale baden.

Carven
De laatste jaren is het skiscenario sterk veranderd. Skiën heet niet langer skiën maar carven. Er is bijna niemand meer die op de traditionele rechte latten naar beneden gaat, uitgezonderd degenen die ze een jaar of wat geleden nieuw hebben aangeschaft.

Het advies voor vandaag de dag is de zogenaamde carveski. Deze ski, al ontwikkeld in de jaren tachtig voor de wedstrijdsport, is in het midden smal en loopt naar de voor- en de achterzijde breder uit. Hoe breder de lat uitloopt, hoe meer er kan worden gecarved. Met gewone carvelatten hoeft de skiër zijn techniek (leunen op de dalski) niet te veranderen. Wel staat hij stabieler op de latten, wat vooral in de bochten handig is. Zo’n carveski geeft de skiër veel meer vertrouwen. Wie een beetje meer wil carven, verdeelt zijn gewicht over beide latten. Daarmee laat hij niet één spoor maar twee sporen (een carving is een kerf in de sneeuw) achter. Daarbij leunt hij meer naar voren en opzij. Dat is echt een sensatie.

Een brede piste is ideaal om het carven onder de knie te krijgen, vertelt Simona Bernasconi, een Tessiner skilerares in Leukerbad. „Echt carven is moeilijk te leren als je het oude en traditionele skiën gewend bent. Je moet het tussen je oren zien te krijgen en het dan ook gaan toepassen.” Ze doet het voor: met grote zwierige halen gaat ze door de bocht, waarbij haar lichaam bijna plat in de bocht hangt. Echte carvers hoeven niet eens een skistok te gebruiken, hoewel de wedstrijdcarvers dat weer wel doen.

Een andere trend die in de jaren negentig opkwam, was skiën met de snowboard (een brede skiplank waar men met beide benen op staat). Vooral bij een bepaald publiek was snowboarden bijzonder gewild. Nu blijkt het carven aan populariteit te herwinnen. In Anzère wordt bijvoorbeeld 20 procent gesnowboard en 80 procent geskied.

Oost-Europeaan
Een derde opvallend fenomeen in de Zwitserse skigebieden is de komst van de Oost-Europese toerist. Trokken de Alpenlanden voor de val van de Muur uitsluitend westerse sneeuwaanbidders, nu zijn ze ook toegankelijk geworden voor burgers uit de voormalige Sovjet-Unie en haar satellietstaten.

Op de pistes van Wallis zijn ze in sommige maanden bijna in de meerderheid. Er zijn twee generaties. Allereerst zijn er de oudere Oost-Europeanen, die beleefd zijn en Engels spreken, wat voor de skidocenten wel gemakkelijk is. Maar het merendeel behoort tot de jongere generatie die alleen de eigen taal spreekt en zich wat minder geciviliseerd opstelt dan de andere generatie. „Ik weet niet of we blij met hen moeten zijn”, vertelt een Zwitserse skileraar.

Wie serieuze plannen heeft voor een wintervakantie, heeft die rond deze tijd meestal wel geboekt. Toch is er nog altijd een groep mensen die op het laatste moment beslist. Een huisje of een appartement in een sneeuwgebied trekt hen, of een paar dagen ertussenuit om van de arbeidsstress af te komen of om eens serieus aan de slag te gaan met het onthaasten. Vooral voor wintersporters met een drukke baan biedt bijvoorbeeld Wallis veel mogelijkheden. De laatste jaren is gebleken dat de sneeuw het goed doet in de maand maart. Kunnen gezinnen met kinderen alleen in de krokusvakantie weg, voor dat grote andere deel van de samenleving bieden de andere weken perspectief, en vaak is het er dan nog goedkoper en rustiger ook.

Verantwoord
Resteert de vraag of skiën een ethisch verantwoorde bezigheid is. Van beboste hellingen af jakkeren is bepaald geen activiteit die een zinvolle invulling geeft aan rentmeesterschap. Zijn er voor de skitoerist niet talloze liften gebouwd en pistes ontgonnen? Wat voor gevolgen heeft dit voor het berglandschap? Het zijn vragen die vooral opdoemen als zich een lawineramp voordoet.

Rafael Enzler, directeur van het Zwitsers Verkeersbureau, vertelt dat er in Zwitserland geen of nauwelijks liften meer worden bijgebouwd. De verbetering van de infrastructuur betreft vooral vervanging van bestaande en verouderde liften. Dat mag het geweten van de skiër lichtelijk sussen. Bedaard en fatsoenlijk skiën vergt stuurmanskunst, maar je ontziet de natuur en het is een manier om de majesteitelijkheid van de schepping op je te laten inwerken.

Voor meer informatie: Zwitserland Toerisme, Amsterdam; e-mail: info@zwitserland.nl; internet: www.zwitserland.nl.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer